-li-
Artikel 6
Doel van de regeling is onder meer, om (met name) vrouwen voor het arbeids
proces te behouden na de geboorte van hun kind. Als na het ouderschapsverlof
ontslag wordt genomen, wordt deze doelstelling niet gehaald, maar zijn wel
de kosten gemaakt. Vandaar dat er een terugbetalingsregeling is opgenomen.
Lid 1. Voor tijdelijke aangestelden en arbeidscontractanten geldt, dat het
van rechtswege eindigen van hun aanstelling of arbeidsovereenkomst
niet wordt gezien als een vrijwillig ontslag.
Lid 2. Om aan de terugbetalingsverplichting te ontkomen is het niet meer
voldoende dat men moet verhuizen omdat de partner een andere baan
heeft aanvaard. Het moet daarbij gaan om een gedwongen overplaatsing.
Lid 3» Het is een doelstelling van de overheid om het werken in deeltijd te
bevorderen. Het is echter niet de bedoeling dat ouderschapsverlof
wordt gebruikt als een goedkoop voortraject naar een dienstverband
van geringere omvang. Daarom is een terugbetalingsverplichting opge
nomen voor het geval betrokkene tijdens of kort na afloop van het
ouderschapsverlof te kennen geeft minder te willen gaan werken dan
hij voorheen deed. Korting is mogelijk wanneer het beperkte dienst
verband binnen drie maanden na afloop van het verlof ingaat. Het gaat
hier om een geringer dienstverband bij de eigen gemeente; aan een
dienstverband bij een andere gemeente gaat een ontslag vooraf en dan
geldt lid 2. Bij het aanvaarden van een aanstelling bij een ander
overheidsorgaan geldt de terugbetalingsregeling volgens lid 1.
Lid 4. Een voorbeeld van zo'n verklaring treft u als bijlage aan.
Artikel 8
Lid 1Belanghebbenden die rechten konden ontlenen aan de experimentele
regeling, maar nog geen ouderschapsverlof genieten op het moment dat
de nieuwe regeling van kracht wordt, ontlenen hun aanspraak op verlof
vanaf dat moment aan de nieuwe verordening. Belanghebbenden die op 30
juni 1991 verlof genieten op grond van de experimentele regeling
blijven onder die regeling vallen. Bij de vaststelling van de model
verordening nog bestaande aanspraken op vergoeding van pensioenpre
mies worden vergolden met een bedrag ineens, om de salarisadministra
tie het werken met twee verschillende regelingen te besparen. Voor de
goede orde: het gaat hier om een compensatie van de pensioenpremie
die verschuldigd is over die uren die men in verband met het ouder
schapsverlof niet werkt
Lid 2. De meeste gemeenten zal het niet zijn gelukt de modelregeling betaald
ouderschapsverlof voor of op 1 juli 1991 vast te stellen. In verband
met mogelijke administratieve problemen is het ongewenst dat deze re
geling met terugwerkende kracht wordt ingevoerd. Op degenen wiens
ouderschapsverlof na 30 juni maar voor het van kracht worden van de
modelregeling ingaat, is daarom de experimentele regeling van toepas
sing verklaard tot het model wordt vastgesteld. Daarna is ook op deze
groep het model van toepassing (voor zover nog relevant). Deze groep
heeft dus recht op compensatie van pensioenpremie totdat de nieuwe
regeling van kracht wordtIn tegenstelling tot de belanghebbenden
bedoeld in lid 1 houdt voor deze personen de compensatie per die dag
op.
