GEMEENTE NIEUW-GINNEKEN
De Raad van de gemeente Nieuw-Ginneken in zijn openbare vergadering van 10
december 1991;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 26 november 1991;
gelet op de artikelen 272, aanhef en onderdeel a, en 273 van de gemeentewet,
alsmede op het Besluit gemeentelijke onroerend-goedbelastingen
BESLUIT:
vast te stellen de volgende verordening:
VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN ONROEREND-GOEDBELASTINGEN
Artikel 1 Belastingplicht
1. Onder de naam 'onroerend-goedbelastingen' worden ter zake van binnen de
gemeente gelegen onroerende zaken -met uitzondering van ten behoeve van
de land- of bosbouw bedrijfsmatig geëxploiteerde cultuurgrond- twee di
recte belastingen geheven:
a. een gebruikersbelasting van degene die - naar de omstandigheden be
oordeeld - bij het begin van het belastingjaar een onroerende zaak al
dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht
feitelijk gebruikt;
b. een eigenarenbelasting van degene die bij het begin van het belasting
jaar van een onroerende zaak het genot heeft krachtens eigendom, bezit
of beperkt recht
2. Met betrekking tot de gebruikersbelasting wordt:
a. gebruik door de leden van een huishouden aangemerkt als gebruik door
het hoofd van dat huishouden;
b. gebruik door degene aan wie het gebruik van een gedeelte van een
onroerende zaak is afgestaan, aangemerkt als gebruik door degene die
dat gedeelte ten gebruike heeft afgestaan;
c. in geval van verschillende soorten feitelijk gebruik alleen het be
langrijkste gebruik in aanmerking genomen.
3. Met betrekking tot de eigenarenbelasting wordt als genothebbende krach
tens eigendom, bezit of beperkt recht aangemerkt degene die bij het begin
van het belastingjaar als zodanig bij het kadaster bekend staat, tenzij
blijkt dat op dat tijdstip een ander de genothebbende krachtens eigendom,
bezit of beperkt recht was.
Artikel 2 Belastingobject
1Onder een onroerende zaak danwel de onroerende zaak wordt verstaan
a. een gebouwd eigendom met zijn gebouwde aanhorigheden -daaronder begre
pen de ondergrond van dat eigendom en van die aanhorigheden- en met
zijn ongebouwde aanhorigheden;