Artikel 11 Burgemeester en wethouders kunnen bepalen dat voor de terpostbezorging of uitreiking van aanslagbiljetten ingevolge artikel 8, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 (Stb. 221) voor de gemeente-ontvanger of de op grond van artikel 127 a van de gemeentewet aangewezen functionaris een andere gemeente-ambtenaar in de plaats treedt. Artikel 12 Nakoming van verplichtingen De verplichtingen, bedoeld in de artikelen 47, 50 en 51 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (Stb. 1959, 301) en in de artikelen 58 en 61 van de Invorderingswet 1990 (Stb. 221) gelden mede jegens de door burgemeester en wethouders aangewezen ambtenaren der gemeentelijke belastingen. Artikel 13 Vrijstelling invorderingsrente bij uitstel van betaling Ingeval op de voet van artikel 25 van de Invorderingswet 1990 uitstel van betaling is verleend wordt geen invorderingsrente in rekening gebracht in dien deze voor alle op één aanslagbiljet vermelde aanslagen gerekend over de volledige looptijd van het genoten uitstel in totaal een bedrag van f 50, niet te boven gaat. Artikel 14 Inwerkingtreding en citeertitel 1. Deze verordening treedt in werking op 1 januari 1992. Met ingang van dat belastingjaar vervalt de "Verordening Onroerend-goedbelastingen 1987", vastgesteld bij raadsbesluit van 9 december 1986, goedgekeurd bij Konink lijk Besluit d.d. 24 maart 1987, nummer 74, zoals sedertdien gewijzigd, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voordien hebben voorgedaan. 2. Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening Onroerend-goed belastingen 1992". De Raad voornoemd, Voorzitter. Secretaris. MO/91.4525/HM/MA

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1991 | | pagina 691