Destijds is berekend dat ongeveer dertien uur per week
aan taken op het terrein van de volkshuisvesting be
steed wordt. Deze functie wordt thans verricht door een
medewerkster die voor 19 uur per week in dienst bij de
gemeente is. Dit houdt vanzelfsprekend in, dat alle
andere medewerkers van het bureau Algemene Zaken niet
alleen bij vragen van zowel binnen als van buiten het
gemeentehuis ook ingeschakeld moeten kunnen worden,
maar ook bij de verdere taken bij deze functie behoren
de. Dit betekent een onevenwichtige aanslag op de capa
citeit van het ambtelijk apparaat.
Door het publiek wordt steeds vaker een beroep gedaan
op de plooibaarheid en incasseringsvermogen van de
medewerkers. Dit heeft enerzijds te maken met het
steeds mondiger worden van het publiek, maar anderzijds
veroorzaakt de onevenwichtige verhouding van vraag en
aanbod op de woningmarkt een zwaarder wordende druk.
Juist vanwege die grote druk op de woningmarkt is het
gevoel versterkt, dat het publiek de beslissingen inza
ke woningverdeling nauwlettend en meer dan kritisch
volgt en daarover de ambtenaar aanspreekt.
Tenslotte is duidelijk de druk van het publiek op de
bestuurders waarneembaar, doordat woningzoekenden,
ondanks de mogelijkheden via de bestaande procedures
van spreekuur en indicatiestelling, hen steeds vaker
hier rechtstreeks op aanspreken. Dit betekent een on
evenwichtige aanslag op de capaciteit van gemeentebe
stuurders
VERHOUDING GEMEENTE - WONINGBOUWVERENIGING: ALGEMEEN
Naast het rijk en de provincie, die financiële en ruim
telijke voorwaarden stellen, vervult de gemeente een
centrale rol in het volkshuisvestingsbeleid. Immers de
gemeente bepaalt waar gebouwd wordt en in welke typen
en financieringsvormen er wordt gebouwd. Eveneens wordt
het tot de verantwoordelijkheid van de gemeente gere
kend dat er een rechtvaardige verdeling plaatsvindt van
woningen, met name in tijden en omstandigheden, waarin
het marktmechanisme zou leiden tot achterstelling van
zwakkere groepen woningzoekenden. De verantwoordelijk
heid van het gemeentebestuur hoeft evenwel niet zo eng
te worden geïnterpreteerd, dat de gemeente dan ook de
individuele toewijzingen daadwerkelijk ter hand gaat
nemen. Deze specifieke taak is, tenzij vrijwillig wordt
afgezien van de bevoegdheid, weggelegd voor de woning
corporaties, welke hun bestaansrecht ontlenen aan het
"Besluit Toegelaten Instellingen". Aan de hand daarvan
wordt algemeen geconcludeerd dat de toegelaten instel
ling het primaat heeft voor niet alleen het bouwen en
beheren maar ook voor het verdelen van woningen. Deze
opvatting brengt de gemeente en de corporatie niet
tegenover elkaar; integendeel, er is sprake van een
complementaire werking.
