II TOERMALIJN TE BAVEL EN DAARTOE EEN KREDIET BESCHIKBAAR TE STELLEN. De VOORZITTER stelt dat de opmerking in dit verband van de heer J. van Gils is genoteerd. Wethouder ROPS licht toe dat voor het 4e lokaal nu reeds een leerpakket en meubilair nodig zijn. Voor het vijfde lokaal is dat pas nodig zodra er 117 leerlingen zijn. De praktijk zal hierin worden gevolgd. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld. 11. VOORSTEL TOT VASTSTELLING MEERJARENPROGRAMMA RIJKSMONU MENTEN (BUDGETRESERVERING 1997 EN 19981. De heer J. VAN GILS vraagt, naar aanleiding van de opsomming van monumenten, of daarover met de betreffende eigenaren ge-sproken is. De lijst doorlezend, vraagt hij zich af of alle eigenaren zouden willen meewerken. Wethouder VAN DER WESTERLAKEN merkt op dat voor een aantal monumenten duidelijke aanvragen liggen. Van andere worden op termijn aanvragen verwacht, gezien de situatie waarin ze ver-keren. Toch moeten wij zorgen voldoende te hebben om het bud-get voor dat jaar binnen te krijgen. Dat is het belangrijkste. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld. 12. VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN EEN VQORBEREIDINGSBESLUIT VOOR EEN AANTAL PERCELEN GELEGEN IN HET BESTEMMINGSPLAN GALDERSE MEREN. De heer BASTIAANSSEN stemt in met het voorstel, maar vraagt zich af of er voldoende parkeergelegenheid overblijft. Hij dringt tevens aan op betere handhaving van parkeerverboden. De VOORZITTER merkt in algemene zin op dat daar serieus naar gekeken wordt. Anderzijds moet geconstateerd worden dat ondanks maatregelen en het feit dat men weet dat hier en daar niet geparkeerd kan worden, men toch zelf de zaken probeert te ordenen. De politie tracht hierin tot een beheersing te komen. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld. 13. VOORSTEL IN TE STEMMEN MET DE UITGANGSPUNTEN VAN HET VER KEERSCIRCULATIEPLAN ULVENHOUT. De heer VAN YPEREN stelt dat er terecht een plan is ontwikkeld om sluipverkeer tegen te gaan. Hij vindt het opvallend dat een plan zo snel een 'kastplan' kan worden, dat er verder niets mee gedaan wordt. In werkelijkheid is het plan achterhaald doordat de verwachte problemen minder zijn gebleken dan verwacht. Hij stemt in met het plan, vindt echter wel dat er snel een aantal zaken voor de verkeersveiligheid geregeld moet worden. De heer BASTIAANSSEN zegt in te kunnen stemmen met het verkeerscirculatieplan. Hij vraagt zich af waarom niet het gedeelte tussen de Pennendijk en 't Hofflandt als ontsluïtingsweg is aangegeven. Dat zou ook de school ontlasten.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1992 | | pagina 269