gemeente met zijn specifieke problematieken expliciet niet aansluit op die van de stad Breda. De
fractievoorzitters zullen een afschrift van dat schrijven ontvangen. Het beraad hierover zal
volgende week donderdag plaatsvinden met de korpsbeheerder. De voorzitter hoopt uiteraard op
een vruchtbare dialoog.
De VOORZITTER: Ik zou alvorens aan te vangen bij de rondvraag toch even willen opmerken
dat hedenavond voor het laatst aan deze fraaie tafel gezeten is de heer Garcia, zijnde het lid van
de gemeenteraad van de fractie Leefbaarheid Nieuw-Ginneken. Ik denk dat het goed is om op te
merken dat de heer Garcia recentelijk heeft besloten zijn ontslag in te dienen als lid van uw raad.
Mijnheer Garcia, u heeft vanaf mei 1990 deel uitgemaakt van de raad in de nieuwe samenstelling
en u heeft ook mogen ervaren dat het werken als eenmansfractie in een raad van vijftien leden
toch buitengewoon veel vergt van het uithoudingsvermogen. Zeker mogen we opmerken dat de
materie waarmee een raadslid heden ten dage moet werken qua complexiteit en hoeveelheid eerder
toeneemt dan afneemt. Vervolgens heeft u ook mogen ervaren dat de raad in zijn huidige sa
menstelling toch een andere is dan een samenstelling in een coalitie op een brede basis en dat u nu
een coalitie heeft op een smallere basis. Dat was voor u ook een bijzondere ervaring en, zoals u al
eens meer verwoord heeft, niet altijd een gemakkelijke ervaring. U bent een raadslid dat samen,
denk ik, met uw steunfractie toch tracht de grote lijn goed in de gaten te houden en daarnaast ook
als lid van, mag ik het toch zeggen, een enigszins profilerende groene partij ruim aandacht
probeert te besteden aan het milieu-aspect in het gemeentelijk beleidsterrein, zonder daarbij op te
merken dat andere partijen dar niet zouden doen, maar in dat opzicht heeft u toch enige malen
zich ingespannen in discussies als dat ging en gaat over plannen die tot doel hebben om zo
verantwoord mogelijk met het milieu om te gaan. Vanavond heeft u dat nog eens gedaan om bij
de vaststelling van agendapunt 12 of 13 rondom het verkeerscirculatieplan toch nog eens te
bepleiten en de adequate voorlichting aan te leveren als het gaat om mensen te bewegen minder
die automobiel te pakken en meer gebruik te maken van de fiets als het gaat om afstanden die ook
in dat opzicht absoluut makkelijk overbrugbaar zijn. U heeft ook uit-gebreid gesproken over het
afschaffen van de chemische onkruidbestrijding, ook vele anderen hebben daarover gesproken,
maar u doet dat duidelijk vanuit een bepaalde invalshoek en u heeft dat ook regelmatig duidelijk
gemaakt. Ik denk dat uw op-treden in de raad niet direct spectaculair te noemen is. Dat wilde u
ook niet. Dat zit denk ik ook niet in uw persoonlijkheid en wat dat betreft heeft u ook mogen
ervaren dat het politieke handwerk toch wat anders is dan het aanleveren van zaken voor politieke
bestuurders. Niettemin, denk ik, ligt uw kracht wel in een stabiele wijze van vergaderen, een
bewuste keuze van het aandragen en het inleveren van de beperkte spreektijd, u wilde niet te lang
spreken, als het kort kan dan vindt u het ook goed, en eerder met niet teveel franje dan met
franje. Ik denk dat u uw raadswerk toch heel serieus ook in- houd heeft trachten te geven en
vandaar dat u ook tot de con-clusie moest komen dat het gaat om een veelomvattende bezigheid.
Daarnaast denk ik dat in het sociale leven, als ik dat mag zeggen, men u ook kent, alsmede ook
uw vrouw, ik wil die daar ook uitdrukkelijk bij betrekken, als een voorvechter voor de band met
Zakopane en dan in het bijzonder als lid van het Polen-comité, voor de materiële en immateriële
voorzieningen voor het kinderdagverblijf, waar mensen verzorgd worden met een verstandelijke
en geestelijke handicap, vaak ook meervoudig gehandicapten. Ik denk dat u dat samen met uw
vrouw koes-tert en dat u dat project ook goed bekijkt, dat dat niet te-veel gedomineerd wordt door
velen en dat heel adequaat in de gaten gehouden wordt dat die steunverlening daar adequaat en
gericht kan plaatsvinden, en dat is niet eenvoudig. Ik denk dat we ook mogen opmerken, ik wil
dat vanavond toch eens zeg-gen, dat het een van de projecten is die nog steeds in continuïteit tot
een hoogwaardige activiteit gerekend mogen worden en dat u daar eigenlijk, ik mag haast zeggen
een levensvervulling van gemaakt heeft, samen met uw vrouw, om daaraan te wer-ken. Ik durf
ook de opmerking te maken dat het kinderdagverblijf niet alleen in materieel opzicht, maar ook
inhoudelijk een geweldige progressie maakt mede door uw inbreng en dat, ik heb dat vorige week
nog eens op een ander niveau mogen vernemen, omdat mij ook bekend is dat anderen uit dit
gebied daar vanuit instellingen naartoe zijn gegaan. Dat betekent dat u daar veel tijd aan spendeert
en eigenlijk ligt uw hart daar nog steeds, in de richting van de sociaal zwakkeren, in Polen in het
algemeen en met name in het Poolse Zakopane. Mede door u heb ik ook kennis mogen maken met