17
De heer GARCIA: Voorzitter, ik had u gevraagd om heel sober te zijn in uw afscheidswoord. U
hebt zich daar gedeeltelijk aan gehouden. Er is mij zoveel lof toegezwaaid die ik misschien niet
helemaal verdien, maar ik heb alleen maar geprobeerd mijn best te doen en ik hoop dat ook die
herinnering aan mij achter zal blijven. Ik dank u voor de vriendelijke woorden, die heb-ben mij
zeer getroffen, ook voor mij vrouw. Dank u zeer.
20. RONDVRAAG EN SLUITING.
De heer MARTENS vraagt of het college iets kan en gaat doen aan de lelijke plek in de
Dorpstraat.
Wethouder ZWIJNENBURG merkt op dat het college er al iets aan gedaan heeft. Er is een
aanschrijving naar de eigenaar dat hij op korte termijn daar maatregelen moet nemen, in ieder
geval zodanig dat de volksgezondheid, waarvan het college meent dat die toch in gevaar komt,
veiliger wordt.
De heer VAN GESTEL vraagt om een diepgaand onderzoek vanuit de dienst naar de onkruidbe-
strijding.
De VOORZITTER stelt voor deze vraagstelling in de commissie VROM te bespreken.
De VOORZITTER sluit de vergadering met het voorgeschreven gebed.
ALDUS VASTGESTELD IN DE OPENBARE VERGADERING VAN 14 JULI 1992.
DE RAAD VOORNOEMD,
voorzitter.