16
Hiermee kan namelijk tot uiting komen dat wij dit soort
activiteiten meer in geld te waarderen vinden dan louter
recreatieve activiteiten, en zijn wij tevens in staat om
enige controle uit te oefenen op de deskundigheid waar
mee de activiteiten worden verricht. In dit verband
merken we op dat we niet meer op basis van voorschotten
willen subsidiëren, maar op basis van werkelijke aanvra
gen voor activiteiten.
Bij de beoordeling van de subsidie-aanvragen voor vor-
mings- en ontwikkelingswerk zal gelet worden op mogelij
ke samenwerkingsvormen tussen organisaties onderling.
In verband met de samenhang en de bereikbaarheid van de
activiteiten willen wij stimuleren dat:
activiteiten voor vrouwen voor zoveel mogelijk vrou
wen toegankelijk zijn;
activiteiten voor ouderen voor zoveel mogelijk oude
ren toegankelijk zijn.
Speciale aandacht zullen wij geven aan de volwassenen
educatie van het aanbod basiseducatie. Dit wordt ver
zorgd vanuit Bredase instellingen.
Op 1 januari 1992 is de kaderwet volwasseneneducatie
(KVE) in werking getreden. Dit is een planningswet
welke de planning verzorgt voor de volgende onderdelen:
de basiseducatie, het vormings- en ontwikkelingswerk,
het voortgezet algemeen volwassenenonderwijs en het
cursorisch beroepsonderwijs bestaande uit het leerling
wezen, deeltijd -MBO en specifieke scholing. Voor de
planning van de onderdelen basiseducatie, vormings- en
ontwikkelingswerk, het voortgezet algemeen volwassenen
onderwijs en deeltijd-MBO zijn de samenwerkenden gemeen
ten op WGR-schaal (=Stadsgewest Breda- verantwoordelijk.
Voor het onderdeel leerlingwezen blijft vooralsnog het
rijk verantwoordelijk. De specifieke scholing wordt
gepland door het RBAElk jaar moet er een regionaal
educatief plan gemaakt worden, bestaande uit de 4 onder
delen Basiseducatie, vormings- en ontwikkelingswerk, het
voortgezet algemeen volwassenenonderwijs en deeltijd MBO
gecombineerd met specifieke scholing. Dit moet worden
aangepakt in een regionale organisatievorm. De bedoeling
van deze regionale aanpak is dat de bestuurlijke verant
woordelijkheid komt te liggen bij het Stadsgewest Breda.
Elke gemeente houdt echter wel de eigen verantwoorde
lijkheid voor de planning activiteiten ten behoeve
van haar inwoners.
In de loop van 1992 zal over deze materie een meer
uitgebreide notitie verschijnen.