b. de volgende normen worden gehanteerd voor:
1. salariskosten: de salariskosten van de in artikel 3,
onder d bedoelde leidsters op basis van het wette
lijk minimumloon voor maximaal 6 1/2 uur per dag
deel
2. huisvestingskosten: de huur van de gebruikte accom
modatie, alsmede alle overige kosten die betrekking
hebben op de huisvesting, indien deze met instemming
van de gemeente worden toegerekend en betaald;
3. organisatie en verzorgingskosten: 1.000,
20,per kind;
4. vergoeding speelmateriaal: 1.500,25,per
kind;
5. overige, door burgemeester en wethouders aanvaarde
kosten;
6. ouderbijdrage: het door de gemeenteraad vastgestelde
bedrag dat ouder(s)/verzorger(s) maandelijks dienen
te betalen als eigen bijdrage aan het peuterspeel-
zaalwerk.
Artikel 3
Aan subsidiëring op grond van artikel 1 zijn de volgende
voorwaarden verbonden:
a. de peuterspeelzaal dient minimaal twee dagen per week
gedurende ten minste twee aaneengesloten uren geopend
te zijn;
b. eenzelfde peuter verblijft niet meer dan twee dagdelen
in de peuterspeelzaal. Deze twee dagdelen mogen niet
vallen op een en dezelfde dag;
c. het aantal peuters dat op eenzelfde tijdstip van de
peuterspeelzaal gebruikt maakt is minimaal 20. Bur
gemeester en wethouders kunnen toestemming verlenen
van deze regel af te wijken;
d. elke groep peuters wordt begeleid door maximaal twee
gesalarieerde functionarissen, eventueel aangevuld
door vrijwilligers. Voor een groep met minder peuters
wordt een evenredige personeelsbezetting gehanteerd;
e. subsidiëring geschiedt uitsluitend ten behoeve van
peuters uit Nieuw-Ginneken.
f. voor uitbreiding van het aantal groepen is toestemming
van burgemeester en wethouders nodig
Uitgaande van het huidige aantal peuters bij Humpie Dumpie
(120)'t Koterke (80) en Kiekeboe (20^ geeft aen verge
lijking tussen "oude" en "nieuwe" subsidie- methodiek het
volgende beeld (berekend over een heel jaar)
