Artikel 12
Aanwijzing van de leden
1. De leden van het dagelijks bestuur worden zo mogelijk in
de eerste vergadering van elke zittingsperiode van het
algemeen bestuur aangewezen. Zij treden als zodanig af op
de dag, waarop de zittingsperiode van het algemeen bestuur
afloopt.
Beëindiging lidmaatschap
2. Zij houden op lid van het dagelijks bestuur te zijn op de
dag waarop zij ophouden lid van het algemeen bestuur te
zijn.
3. Zij kunnen te allen tijde ontslag nemen. Zij dienen dat
schriftelijk in bij het algemeen bestuur.
4. In de gevallen voorzien in de leden een, twee en drie van
dit artikel blijven de leden van het dagelijks bestuur hun
functie waarnemen, zolang zij hun functie als lid van het
algemeen bestuur blijven vervullen of op grond van lid
twee van artikel 8 waarnemen en in hun opvolging als lid
van het dagelijks bestuur niet is voorzien.
5. Indien tussentijds een plaats in het dagelijks bestuur
openvalt, voorziet het algemeen bestuur daarin ten spoe
digste. Gaat het openvallen van een plaats gepaard met het
openvallen van een plaats in het algemeen bestuur, dan
stelt het algemeen bestuur het aanwijzen van een nieuw lid
uit, totdat de opengevallen plaats in het algemeen bestuur
is bezet.
Tijdelijke waarneming
6. Bij ziekte, afwezigheid of ontstentenis van een lid van
het dagelijks bestuur kan het algemeen bestuur een lid uit
zijn midden aanwijzen, dat tijdelijk de functie van lid
van het dagelijks bestuur waarneemt.
Artikel 13 Vergaderingen
1. De voorzitter stelt dag, uur en plaats van de vergadering
vast.
2. De artikelen 52, eerste en tweede zinsnede, en 98 van de
gemeentewet zijn van toepassing.
3. Elk lid heeft in de vergadering één stem.
4. Artikel 10 is van toepassing.
Artikel 14 Taak van het dagelijks bestuur
Het dagelijks bestuur heeft tot taak:
a. het houden van toezicht op al wat Welstandszorg Noord-
Brabant aangaat;
b. het behoorlijk voorbereiden van al hetgeen in het algemeen
bestuur ter overweging en beslissing moet worden gebracht;