GEMEENTE NIEUW-GINNEKEN
iflj
ÜR,
xxx
NOTITIE ONTWIKKELING KRAAYENBERG
Inleiding
Door Hoela Beheer BV wordt medewerking gevraagd tot het in bouwexploitatie brengen
van het gebied Kraayenberg te UI venhout.
Hierover zijn een aantal voorbereidende besprekingen gevoerd met het college, waarbij
aan de orde zijn geweest:
a. het stedebouwkundig concept voor het bestemmingsplan;
b. de uitgangspunten voor de exploitatie van het gebied;
c. de te sluiten overeenkomst, die de basis moet vormen voor de ontwikkeling van het
bestemmingsplan Kraayenberg.
De voorbereidingen zijn thans zover gevorderd dat besluitvorming, na advisering door de
commissies V.R.O.M. en A.B.A.M. kan plaatsvinden in de raadsvergadering van 3
november 1992.
Deze notitie dient als basis voor de besluitvorming en in het desbetreffende raadsvoorstel
wordt naar deze notitie verwezen.
Besluitvorming tot heden
op 25 april 1989 werd vastgesteld de Nota Volkshuisvesting 1985 - 1999, nadat een
positief advies is ontvangen van de commissie VROM d.d. 4 april 1989.
De aanbeveling dat voor de kern Ulvenhout nieuwe bouwlokaties voor 230
woningen moeten worden aangewezen werd onderschreven.
Op 6 februari 1990 heeft de Raad besloten om de Structuurschets Nieuw-Ginneken
vast te stellen met daarin opgenomen het beleidsvoornemen om het gebied Kraay
enberg te ontwikkelen voor woningbouw. De Provinciale Planologische commissie
heeft op dit beleidsvoornemen positief gereageerd.
Op 8 januari 1991 werd vastgesteld de Evaluatie 1990 van de Nota Volkshuisves
ting 1985-1999.
De commissie VROM heeft deze nota behandeld op 15 januari 1991 en positief
geadviseerd over de aanbevelingen die in deze nota zijn opgenomen. Een van die
aanbevelingen was om op korte termijn de haalbaarheid van een bestemmingsplan
voor Kraayenberg te onderzoeken.
Op 8 oktober 1991 is de commissie VROM in beslotenheid geïnformeerd over de
mogelijke stedebouwkundige varianten voor de invulling van Kraayenberg middels
de presentatie van 5 modellen.
De commissie heeft voorkeur uitgesproken voor de gepresenteerde modellen 3 en 5
en geadviseerd de werkzaamheden hierop te vervolgen.
De uiteindelijke voorkeur bestaat, mede op basis van overleg met de P.P.C., voor
het zgn "Dreven-model".