Artikel 6 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang 1. De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht 2. Indien de belastingplicht in de loop van het belasting jaar aanvangt, is de belasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven. 3Indien de belastingplicht in de loop van het belasting jaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschul digde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven. 4. Het tweede en het derde lid zijn niet van toepassing indien de belastingplichtige binnen de gemeente verhuist en aldaar een ander perceel in feitelijk gebruik neemt. Artikel 8 Machtiging tot overdracht van bevoegdheden Burgemeester en wethouders kunnen een of meer gemeente ambtenaren aanwijzen, die in hun plaats treden met betrek king tot de uitvoering van enige wettelijke bepaling be treffende de heffing en de invordering van de belastingen. Artikel 9 Burgemeester en wethouders kunnen bepalen dat voor de terpostbezorging of uitreiking van aanslagbiljetten, inge volge artikel 8, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 (Stb. 2 21) voor de gemeente-ontvanger of de op grond van artikel 127a van de gemeentewet aangewezen functionaris, een andere gemeente-ambtenaar in de plaats treedt. Artikel 10 Nakoming van verplichtingen De verplichtingen bedoeld in de artikelen 47, 50 en 51 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (Stb. 1959, 301) en in de artikelen 58 en 61 van de Invorderingswet 1990 (Stb 221) gelden mede jegens de door burgemeester en wethouders aangewezen ambtenaren der gemeentelijke belastingen. Artikel 11 Ingeval op de voet van artikel 25 van de Invorderingswet 1990 uitstel van betaling is verleend wordt geen invorde ringsrente in rekening gebracht indien deze voor alle op één aanslagbiljet vermelde aanslagen gerekend over de volledige looptijd van het genoten uitstel in totaal een bedrag van 50,niet te boven gaat.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1992 | | pagina 688