2. Elk ter vergadering aanwezig lid kan bij interruptie een spreker onderbre
ken; deze interruptie mag slechts bestaan uit een enkele vraag of opmerking,
terzake dienende.
3. De voorzitter is bevoegd het recht van interruptie van geval tot geval te
beperken, indien de omstandigheden daartoe aanleiding geven.
4. Een lid, dat zich beledigende uitdrukkingen veroorlooft of zich op andere
wijze onbehoorlijk gedraagt, wordt door de voorzitter tot de orde geroepen.
5. Wanneer een spreker desondanks voortgaat beledigende uitdrukkingen te uiten
of de orde blijft verstoren, kan hem door de voorzitter, behoudens beroep op
de raad, het woord over het in behandeling zijnde onderwerp ontnomen worden.
Schorsing van de vergadering.
Artikel 15
1. Ter handhaving van de orde of uit anderen hoofde kan de voorzitter de verga
dering voor een door hem te bepalen tijd schorsen.
2. De vergadering kan mede worden geschorst op verzoek van één der aanwezige
leden, mits dit verzoek tenminste wordt ondersteund door één ander aanwezig
lid voor een door de voorzitter te bepalen tijd.
Spreektermijnen
Artikel 16
1. De beraadslaging over een aan de orde zijnd onderwerp wordt ten hoogste in
twee instanties gehouden, tenzij de raad in een bijzonder geval anders be
slist
2. Niemand mag in één instantie meer dan éénmaal het woord voeren. Het stellen
van een korte vraag, waarop een beknopt antwoord kan worden gegeven, wordt
niet als het voeren van het woord aangemerkt, tenzij de voorzitter anders
beslist
3. Degene, die in tweede instantie voor de eerste maal het woord verkrijgt, mag
maar éénmaal het woord voeren, tenzij de raad anders beslist.
4. De voorzitter sluit iedere instantie, nadat hij heeft geconstateerd dat alle
sprekers zijn beantwoord.
5. Het bepaalde in de leden 2 en 3 is niet toepasselijk op:
a. de voorzitter;
b. de wethouder, tot wiens taak het aan de orde zijnd onderwerp meer in het
bijzonder toebehoort;
c. het lid, bedoeld in de artikelen 11, 12 en 18 bij de behandeling van het
door dat lid aanhangig gemaakte onderwerp, met dien verstande, dat hij
niet meer dan driemaal over dat onderwerp het woord mag voeren
Spreektijdbeperking.
Artikel 17
De raad kan op voorstel van de voorzitter een regeling omtrent beperking van de
spreektijd vaststellen.
Interpellatie
Artikel 18
1. Wanneer een lid in een vergadering aan het college van burgemeester en wet
houders of aan de leden van dit college afzonderlijk, dan wel aan de burge
meester, krachtens artikel 129 van de gemeentewet verantwoording wenst te
vragen over het door het College of door de burgemeester gevoerde bestuur
der gemeente met betrekking tot een onderwerp, dat niet op de agenda voor
komt en het lid te dien aanzien inlichtingen verlangt, heeft het daartoe de
toestemming van de raad nodig.
2. Het aan de raad te richten verzoek om toestemming, als bedoeld in het eerste
lid, wordt, onder verwijzing naar dit artikel, met de te stellen vragen voor