Een vrij uitvoerige discussie over deze notitie in de laatstge
noemde vergadering vormde de aanleiding voor het dagelijks be
stuur om een bijgestelde notitie te vervaardigen, voornamelijk
toegespitst op de bestuurlijke efficiency en de bestuurlijke
bevoegdheden
Die bijgestelde notitie d.d. 6 februari 1992 werd opnieuw aan
de orde gesteld in het portefeuillehoudersoverleg algemene
zaken d.d. 13 maart 1992.
Een meerderheid van de aanwezigen bleek zich te kunnen vinden
in integratiemodel B. Ook het dagelijks bestuur steunt dat
standpunt om de redenen, die in het voorstel aan de gewestraad
d.d. 28 september 1992 zijn aangegeven.
De beraadslagingen tenslotte in de gewestraadsvergadering van 6
november 1992 leidden niet tot een gemeenschappelijke conclu
sie. De reden waarom dit voorstel nu aan de raden van de deel
nemende gemeenten is voorgelegd is hierboven aangegeven.
Ook ons college geeft de voorkeur aan integratiemodel B.
In dit model blijven de samenstelling en de taak van de gewes
traad zoals deze nu zijn. De vaste commissies van advies en
bijstand worden opgeheven. Daarvoor in de plaats gaan optreden
de portefeuillehoudersoverleggen zoals die nu functioneren. Zij
nemen de taak over van deze vaste commissies en gaan functione
ren als advieslichaam voor het dagelijks bestuur ten aanzien
van alle voorstellen die aan de gewestraad worden gedaan. In de
voorstellen aan de gewestraad zal het advies van dit porte-
feuillehoudersoverleg expliciet worden vermeld.
Daarnaast hebben zij nog als taak:
advisering aan het dagelijks bestuur in het kader van de
beleidsvoorbereiding
klankbord voor het dagelijks bestuur bij de uitvoering van
het beleid;
vaststellen van veranderingen in het beleid binnen het
vastgestelde budget.
In die constructie is het mogelijk om het instellen van zoge
naamde kerngroepen uit het portefeuillehoudersoverleg te for
maliseren. Deze kerngroep zou zich dan met name kunnen profile
ren als overlegorgaan voor de portefeuillehouder ten behoeve
van de voorbereiding van het portefeuillehoudersoverleg.
Benadrukt wordt dat het van uitermate groot belang is dat er
duidelijke terugkoppelingsafspraken worden gemaakt vanuit het
portefeuillehoudersoverleg naar de dagelijkse besturen van de
gemeenten en naar de gemeenteraden.
De samenstelling van het dagelijks bestuur tenslotte zou
conform het integratiemodel A plaatsvinden, te weten de voor
zitter en 5 leden.
Wij vinden dat de directe participatie van het door uw raad af
gevaardigde lid in de gewestraad, die in de huidige situatie
tevens lid is van de commissie ordeningstaken, in het integra
tiemodel B voldoende gewaarborgd blijft. Met het dagelijks
bestuur zijn wij van mening dat bij de keuze hiervoor de slag
vaardigheid en daarmede de efficiency van besluitvorming in de
diverse stadia toeneemt.