terugkoppeling plaatsvindt naar het lokale bestuur. Dat die terugkoppeling niet altijd even eenvoudig verloopt is de afgelopen jaren ook in Nieuw-Ginneken aangetoond. De opmerking van de heer Willemsen over het tijdstip van vergaderen zal onder de aandacht van het D.B. worden gebracht. Daarbij moet men zich wel realiseren dat het steeds moeilijker wordt buiten werktijd een tijdstip te vinden om bestuurders bijeen te roepen. Politieke ambtsdragers hebben daarnaast rechtspositionele aanspraken voor deelname aan politieke activiteiten. Beperking van het aantal D.B.-leden tot 6 betekent dat de werkdruk voor die leden nog verder zal toenemen. Kern van de discussie rond het functioneren van het stadsgewest is dat men niet tevreden is over de huidige gang van zaken. Spreker heeft daarbij zorg over de vraag hoe bij een toenemende overdracht van taken aan het stadsgewest een democratische toetsing kan plaatsvinden. De heer H. VAN GILS is het eens met de stelling dat kijkend naar de praktische uitvoerbaarheid van zaken de huidige organisatiestuctuur niet optimaal genoemd mag worden. In dat opzicht biedt model B meer mogelijkheden. Hij gaat er echter vanuit dat het stadsgewest nog steeds als verlengd lokaal bestuur functioneert waarin de diverse gemeenteraden hun invloed moeten kunnen hebben. In democratisch opzicht schieten zowel model A als B tekort. Met zijn voorbeeld heeft de heer VAN YPEREN niet willen aangeven voorstander te zijn van een rechtstreeks gekozen stadsgewestraad. Hij heeft daarmee geïllustreerd hoe het tij kan keren. Hetgeen nu wordt voorgesteld vindt hij wel erg mager. Twee maal per jaar wordt er een gewes traadsvergadering gehouden waarbij de leden alleen de rij van prominenten mogen aanschouwen en de hamerslagen tellen omdat zij van de materie te weinig afweten. Daar is hij tegen. In de huidige opzet is men nog betrokken bij een stuk voorbereiding en worden interessante discussies gevoerd. Hij kiest daarom voor model A. Helaas heeft de voorzitter gelijk. Naarmate de problematiek ingewikkelder wordt, en dat is wat de toekomst van West-Brabant betreft het geval, wordt het moeilijker bestuurders te vinden die de ontwikkelingen kunnen volgen en daaraan sturing kunnen geven. Met die overtuiging geeft de heer VAN DE PUT de voorkeur aan model B. Hij verlangt daarbij wel dat de wethouders de raden van voldoende informatie voorzien. De VOORZITTER vestigt de aandacht op de mogelijkheden tot actieve betrokkenheid van gewest raadsleden middels deelname in commissies, het stellen van vragen en door het indienen van initiatiefvoorstellen. De agenda's van de gewestraadsvergaderingen zijn welgevuld en de te bestuderen stukken omvangrijk. Het valt niet mee alles te bestuderen omdat de gewestraadsleden ook nog eens raadslid zijn en daaraan vaak de handen vol hebben. Daarmee worden de beperkin gen aangegeven. Op persoonlijke titel geeft hij de voorkeur aan een rechtstreeks gekozen gewestraad voor heel het gebied van West-Brabant waaraan plannende taken worden toegekend op terreinen als ruimtelijke ordening, sociaal economisch beleid, etc.. De gemeenten kunnen dan de haar passende taken blijven vervullen. Dat zou ten goede komen aan de democratische controle en de betrokkenheid van de burger. Binnen het stadsgewest is een aantal ideeën daarover ontwikkeld maar die zijn niet overgenomen door de staatssecretaris. Uit pragmatische overwegingen is daarom het onderliggende voorstel ontwikkeld. Ontwikkelingen op terreinen als afvalstoffenbeleid, milieubeleid, het sociaal economische beleid en de arbeidsvoorziening hebben een zodanig tempo dat niet iedereen dat kan volgen. Daardoor ontstaat het gevaar op een technocratische manier van besturen. De opzet van het stadsgewest blijft verlengd lokaal bestuur. Gemeentebesturen ontwikkelen zelf een bepaalde gedachtengang over bepaalde onderwerpen. In het portefeuillehou- dersoverleg en in de diverse commissies communiceren de gemeentebesturen onderling en tenslotte vindt een toetsing plaats in de gewestraad. De heer VAN YPEREN vergelijkt deze vorm van overleg met een overleg tussen het college van burgemeester en wethouders en de fractievoorzitters. Daarna hoeft de raad alleen nog goedkeuring te verlenen aan de gepresenteerde voorstellen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1993 | | pagina 161