GEMEENTE NIEUW-GINNEKEN
De Raad van de gemeente Nieuw-Ginneken
BESLUIT:
Artikel l
gezien het schrijven van het Algemeen Bestuur van het Instituut
Ziektekostenvoorziening Ambtenaren (I.Z.A.) Noord-Brabant d.d.
20 augustus 1992 (D/92261/bv) en het College voor arbeidszaken
van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten d.d. 21 augustus
1992 (ARZ/208147) en 5 oktober 1992 (ARZ/209659)
gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 5
januari 1993, nummer 7;
gelet op zijn besluit d.d. 16 maart 1953 tot het aangaan c.q.
de toetreding tot de IZ.A.-regeling Noord-Brabant, en mede
gelet op het bepaalde in artikel 40, eerste lid der regeling;
de Gemeenschappelijke Regeling IZ.A.-regeling Noord-Brabant
als volgt te wijzigen:
na artikel 43 wordt een nieuw artikel 43a toegevoegd, luidend:"
1. Indien tot opheffing van deze regeling wordt besloten ten
einde in groter verband een gemeenschappelijke regeling -
hierna aan te duiden als 'nieuwe regeling' - aan te gaan
ter behartiging van dezelfde belangen als van deze rege
ling geldt in de plaats van artikel 42 en artikel 43 het
bepaalde in de volgende leden.
2. De opheffing gaat in op het tijdstip waarop de nieuwe
regeling in werking treedt.
3. Tot opheffing van de regeling en voortzetting van de in
het eerste lid bedoelde belangenbehartiging in de nieuwe
regeling kan slechts worden overgegaan nadat twee derde
van de raden der gemeenten daartoe besloten heeft.
4. Een gemeenteraad wordt geacht te hebben besloten tot
opheffing van deze regeling en tot deelneming van de
gemeente aan de nieuwe gemeenschappelijke regeling indien
hij niet binnen twee maanden na de dag waarop deze bepa
ling in werking treedt, dit voorstel heeft verworpen.
5. Zodra de nieuwe regeling in werking is getreden worden de
activa en passiva aan haar overgedragen. Ten aanzien van
de overgang van medewerkers naar de nieuwe regeling treft
het bestuur een voorziening.
6. Indien deze regeling wordt opgeheven en de nieuwe regeling
tot stand komt geldt de gemeente die het voorstel heeft
verworpen als uitgetreden gemeente, met dien verstande dat
de uittreding in werking treedt op het tijdstip waarop