Naar de mening van zijn fractie een goed instrument om de combinatie van afnemende rijksmidde
len en de toename van het aantal uit te voeren taken in de toekomst te hanteren. Wellicht kan hier
bij de komende begrotingsbehandeling op worden teruggekomen.
In de kadernota wordt aangegeven dat door de beperking van de beschikbare financiële middelen
prioriteiten gesteld dienen te worden.
Een zorgvuldige afweging zal dienen plaats te vinden. Een dergelijk streven wordt door zijn
fractie van harte ondersteund. Door de beperkte middelen is er immers weinig ruimte voor nieuw
beleid en is inwisselen van oud beleid voor nieuw, waarvoor zijn fractie al meer gepleit heeft,
blijkbaar ondoenlijk. Nieuw beleid zal dus ook extra geld moeten kosten en daarvoor zullen dus
ook extra inkomsten moeten komen.
Het is verheugend dat enige verhoging van de algemene lasten zal kunnen leiden tot geleidelijke
aanleg van drukriolering voor de 106 super-onrendabele panden in het buitengebied. De CDA-
fractie acht het wel noodzakelijk dat van meet af aan een totaalplan wordt uitgewerkt zodat er
inzicht komt in de wel of niet aan te sluiten panden. Naast het aansluiten op drukriolering moeten
alternatieven onderzocht worden voor die panden waar dat onbetaalbaar wordt geacht. In die
gevallen zou men aan een vorm van subsidie kunnen denken. De voorlopige vaststelling van de
I posten voor verbetering straatverlichting, verbetering verkeersveiligheid in de woonwijken en
dergelijke moet niet gaan leiden tot het zoeken naar uitgaven, er mag gerust wat over blijven op
de totale begroting. Wat de systematiek van deze kadernota betreft mag gesteld worden dat
vakmanschap meesterschap is, zij steekt gunstig af bij die van vorig jaar en vormt een verant
woorde basis om verder te bouwen aan het welzijn van de burgers van Nieuw-Ginneken.
De heer VAN DE PUT is het met de vorige spreker eens dat deze kadernota geheel anders is dan
die van vorig jaar, maar daar houdt het bij op. Vorig jaar werd begonnen met het zoeken naar
bezuinigingen en besparingen, waardoor die martelgang is ontstaan. In deze kadernota wordt dat
omgekeerd. Er was reeds 4% OGB-verhoging afgesproken en die wordt nu met nog eens 4%
aangevuld voor de aanleg van drukriolering en om een aantal voorzieningen voor het publiek
toegankelijk te houden. Daarover wordt in de kadernota opgemerkt dat: "Onder verwijzing naar
het besprokene in de commissie A.B.A.M. moeten wij constateren dat een verdere beperking van
het uitgavenniveau op dit moment niet mogelijk is." Dat is een rechtsgeldig genomen besluit en
spreker zal zich daarbij neerleggen. De spanwijdte is bepaald en straks zal voor de subsidies en de
exploitatielasten per geval worden bepaald wat moet en wat kan binnen die gegeven ruimte. Dat
zal uiteindelijk toch tot gevolg hebben dat men zich moet gaan bezinnen op de kerntaken. Dat zal
een hete zomer opleveren want er zullen prioriteiten opgesteld moeten worden tussen de
categorieën zoals die in bijlage I worden genoemd; investeringen in nieuw beleid en overige
exploitatiekosten. Dat alles moet in onderlinge samenhang gebracht worden wil men de kerntaken
honoreren. De vrees wordt uitgesproken dat dit tot een heilloos karwei zal leiden als niet vooraf
een totaal kader van kerntaken wordt vastgesteld, vooraleer de verschillende commissies zich over
de details gaan buigen. Hetgeen wordt opgemerkt over bespaarde rente heeft niets van doen met
de kadernota maar vormt een begrotingstechnisch aspect.
De heer POSTHUMA gaat akkoord met de kadernota als uitgangspunt voor de op te stellen
begroting 1994. Met deze nota wordt temeer ingestemd omdat daarin een aantal wijzigingen is
aangebracht naar aanleiding van de behandeling in de commissie A.B.A.M.. Wijzigingen die tot
stand zijn gekomen in goed overleg en vooral betrekking hebben op de gemeentelijke belastingen.
Zonder Algemene Beschouwingen te houden wil spreker toch een schot voor de boeg geven. De
P.v.d.A.-fractie dringt er van jaar tot jaar op aan de voorzieningen die van wezenlijk belang zijn
voor het welzijn van de inwoners, voor het leven van alle dag, in stand te houden, ook als dat
geld kost. In de commissie A.B.A.M. werd vanuit een andere fractie steun betuigd aan die
gedachte. Bevriezing van subsidies op het niveau van 1990 zal daarom niet in alle gevallen kunnen
worden doorgevoerd. Daaraan zal een goed overleg met de diverse instellingen vooraf moeten
gaan.
7