-1
6
landschap in de zone Ulvenhout-Chaam beperken het beschikbare landbouwareaal
in de zuidoostelijke sector van de stadsregio. De landbouwzone ten oosten van
Bavel moet in zekere zin een opvangfunctie vervullen. De gemeenteraad van
Nieuw-Ginneken stemt voorts in met de hoofdstructuur voor wat betreft de
zuidelijke sector Mastbos-Markdal-Ulvenhout en het gebied ten zuiden van de
A58. De voorgestane ontwikkelingen stemmen overeen met de structuurschets
Nieuw-Ginneken 1989.
Voor wat betreft de uitwerking van de zone IJpelaar-Bavel in de hoofdstructuur
tot 2005 wordt ingestemd met de beperkte ontwikkeling die aan Bavel is toege
kend. De feitelijke uitbreidingsrichtingen zijn in de gemeentelijke structuurschets
enigszins anders gelegd, maar dit betreft een nadere detaillering.
Ten aanzien van de zuidoostelijke woonuitbreiding IJpelaar pleit de gemeenteraad
van Nieuw-Ginneken hier een groene geleding tussen de stad Breda en het dorp
Bavel te handhaven. In ieder geval moet deze groene geleding zodanig breed zijn
dat langs de autosnelweg A27 geen geluidswallen behoeven te worden opge
worpen. Thans is er vanaf de A27 een fraai gezicht op de stad Breda. Aanleg van
een geluidswal heeft als gevolg dat vanaf een hoofdroute door de stadsregio het
zicht op de stad wordt onttrokken. In de stadsregio zijn reeds teveel geluidswallen
en -schermen.
SAMENVATTENDE CONCLUSIES
De gemeenteraad stemt niet in met de uitwerking van de ruimtelijke hoofdstruc
tuur tot 2005. Zij heeft daarbij de volgende kritiekpunten.
1. De gemeenteraad van Nieuw-Ginneken kan instemmen met de planuitgangs
punten en "ruimtelijke hoofdstructuur stadsregio", zoals opgenomen in het
studierapport.
2. De motivering voor de keuzen tot 2005 ontbreekt c.q. is onvoldoende.
3. Meer inzicht is nodig in de inbreidingscapaciteit van het bestaande stedelijke
gebied van Breda.
4. Naast de inbreidingslokaties moeten primair de uitbreidingspotenties in de
Oosterhoutse en Ettense as benut worden. Deze twee assen moeten expliciet
als de primaire ontwikkelingszone van de stadsregio worden aangewezen.
5. De economische potenties van de A16-zone samen met de Ettense c.q. West-
Brabantse as moeten beter benut worden.
6. Eventuele ontwikkelingen aan de oostzijde moeten op de bestaande infra
structuur van rail en regionale weg via Dorst geënt worden. De naam
"Bavelse as" moet vervangen worden door "Dorstse as".
