en dat was natuurlijk ook onvermijdelijk, hebben uitgebreid stilgestaan bij het vraagstuk van de
gemeentelijke herindeling. Laat ik stellen dat ik nu de volgorde eens om wil plaatsen en dat, we
luisteren niet altijd als het vraagstuk van de gemeentelijke herindeling aan de orde is, dat is dat
natuurlijk onze zorg ook heel duidelijk ingegeven is met de positie van het personeel en een aantal
van uw fracties hebben daar aandacht voor gevraagd, onder andere het CDA heeft daar enige
woorden aan gewijd. Het moge duidelijk zijn dat ook wij daar zorgen over hebben en dat wij
buitengewoon veel waardering hebben voor de wijze waarop onze medewerkers, ondanks de
steeds zich wijzigende berichten, toch zich bezighouden met het verrichten van vaak ook een toe
name van werkzaamheden en het moge duidelijk zijn dat dat zeker, gezien de toch nog onver
wachte perspectieven, niet altijd eenvoudig is en daarnaast denk ik ook in het sociaal-psychologi
sche mag dat wel eens opgemerkt worden, dat het ook niet altijd zo eenvoudig is om bijna dage
lijks, hetzij als ambtenaar hetzij als bestuurder, geconfronteerd te worden met opvattingen rondom
het perspectief van de gemeente Nieuw-Ginneken, zeker niet nu duidelijk wordt dat de gemeente
Nieuw-Ginneken nog niet zeker is in welk weer we terechtkomen en anderzijds dat wij maar al te
goed weten en dat dat ook door vele deskundigen voluit ook erkend wordt, door politici, bestuur-
deren, maar ook mag ik toch zeggen deskundigen uit de kringen van het openbaar bestuur, dat wij
een buitengewoon doordacht bestuurlijk perspectief hebben weten te ontwikkelen. Het is duidelijk
dat de actualiteit van dit moment ons leert dat wij volgende week, in de loop van volgende week
verwachten een perspectief rondom de WGR-grenzen, met name wat zijn dan de contouren van de
WGR-regio's in Brabant en in het bijzonder is van belang te weten wat de lijnen zullen zijn van
het WGR-gebied waarbinnen de Groene Gemeente valt. Een en andermaal hebben wij aan gedepu
teerde Van Nistelrooij laten weten, mede op zijn verzoek, dat wij bereid zijn de vorming van een
grote groene gemeente als een hoger goed te beschouwen dan ons te beschouwen als deel van het
stadsgewest Breda of als deel van het S.M.B. en dat wij gewoon als één grote groene gemeente
daar willen functioneren waar men denkt dat dat ook het zinvolste is. Een adequaat antwoord in
deze wachten wij nog steeds af. Ik ben het eens met de opmerkingen van fracties die zeggen dat
het natuurlijk volstrekt absurd is om bijvoorbeeld een deel van de gemeente Nieuw-Ginneken toe
te voegen aan het Samenwerkingsverband Midden Brabant en dan in het bijzonder als het gaat om
de kernen Galder/Strijbeek. In de praktijk zal blijken dat dat sociaal-maatschappelijk, maar ook
bestuurskundig absoluut niet kan werken. Wat is de opstelling van het college? Het moge duidelijk
zijn dat wij de diverse opvattingen die hier geventileerd zijn als een goede steun in de rug
beschouwen en wij gaan er nog steeds voluit tegenaan. De komende week zullen wij onze opvat
tingen en ideeën die er zijn nog eens duidelijk presenteren en ik kan u ook zeggen dat ook het
gemeentebestuur van Chaam en het gemeentebestuur van Alphen er ook nu niet anders over denkt.
Natuurlijk, de druk is groot, en dat betekent wel eens dat de kikkers die in de kruiwagen zitten
soms er wel eens uit kunnen springen. Dat is ook niet onbegrijpelijk, want met name het provin
ciaal bestuur heeft door haar zwalkend beleid ook de nodige vertwijfeling gecreëerd. Mijn opvat
ting, bestuurlijke opvatting is dat nu twijfelen aan de goed gedocumenteerde uitgangspunten, dat
dat een zwaktebod is en dat, juist op basis van de koers die wij hebben gezet, wij stevig staan en
al die bestuurlijke processen die wij nog tegemoet moeten gaan en ik denk dat we dat ook ver
plicht zijn naar onze inwoners toe, die niet anders verwachten en ik denk ook dat een zichzelf
respecterende raad nu niet gaat marchanderen met de door haar zorgvuldig gekozen uitgangspun
ten. En nogmaals, het college hecht er aan om op te merken dat de wijze waarop u ook niet
schroomt om politici van de eigen partij daarin critisch te volgen, dat dat voor ons een absolute
steun in de rug is. Dat rondom het vraagstuk van de gemeentelijke herindeling.
Dan enige opmerkingen rondom het vraagstuk van de regionalisatie van de politie en de bevoegd
heden van de burgemeester. Natuurlijk hebben wij in de beleidsbegroting aangegeven dat wij
enige mate van optimisme hebben. Dat klopt, maar dat is niet ingegeven door onze grote vreugde
dat de politie-organisatie geherstructureerd is op de wijze zoals nu plaatsvindt. Anderzijds moet je
op enig moment wel durven vaststellen dat op een aantal punten besluitvorming heeft plaatsgevon
den. Dan moet je niet omzien in treurnis, maar dan moet met een constructief bestuurlijke opstel
ling kijken naar de dag van morgen. In constateer dat het team Zuid-Oost met een grote mate van
inzet en werklust aan de slag is gegaan voor niet eenvoudige taken en opgaven en ik constateer dat
er op het moment een heel goed bestuurlijk overleg met de teamchef plaatsvindt en in dat verband