in het eerste kwartaal van het komend jaar daadwerkelijk spijkers met koppen te slaan, waarbij ik toch de hoop uitspreek dat we op basis van hoofdlijnen, het maken van keuzes, ook tot vervolging van beleid kunnen komen en dat we niet trachten tot in detail de zaken uit te kristalliseren, want dat verliest tijd en ik denk dat ook een aantal bestuurlijke processen om een snelle aanpak vragen en ook andere vraagstukken die in de kern van Bavel spelen, zullen wij in goede samenhang moeten bespreken en ik stel mij voor aanstaande woensdag met de fractievoorzitters ABAM nog eens rustig daarover te praten, met name in de zin hoe dat we een en ander met elkaar willen aan pakken. Dan het jumelage-gegeven. Gemeentebelangen Bavel heeft daar enige twijfel over of het zinvol is om met een tweetal gemeenten daar te werken. De VVD benadrukt nog eens heel duidelijk de waarde die jumelages met zich kunnen meebrengen en vooral ook voor inwoners van onze ge meente en van de gemeenten Zakopane en Velines. Laat ik er dit over zeggen, uw raad zal iedere keer daar de accenten over moeten zeggen. Het is zeker niet de bedoeling van het college om in incidenten te vervallen en toevallig, de agenda was al eerder gedrukt dan ik kennis kon nemen van uw inbreng, aanstaande woensdag zullen wij aan de hand van een aantal rapportages met elkaar nader spreken over het vervolgen van de jumelages met Zakopane en met het kanton Velines. Ik constateer toch wel dat in zijn algemeenheid toch de commissie in redelijke mate steun altijd heeft gegeven om het jumelagebeleid te ontwikkelen. Ik verheel daarbij niet dat het soms ook veel tijd kost, maar het ontmoeten van mensen in andere landen op vaak een heel eenvoudig niveau, een voudig in de zin daar waar mensen wonen, werken en leven, kan vaak heel innerlijk tot verre ver breding leiden en diverse raadsleden zijn op diverse momenten meegeweest. Die raadsleden die daar soms aarzelingen hebben of dat nog niet hebben ontwikkeld, zou ik zeker willen uitnodigen om daar toch eens een keer gebruik van te maken, want dat kan uitermate zinvol zijn. Dan kom ik te spreken over een aantal opmerkingen met betrekking tot de financiën. Een nadruk kelijk signaal geeft het CDA af dat de reserve de maximale grens bereikt heeft. Daarover het volgende. Ik denk dat onze reservepositie goed is te noemen. Begin 1993 heeft de VB Accountants daar nog eens een verhaal over opgesteld. We hebben dat uitgebreid besproken. Dat heeft uw fiat gehad. Er is ook gezegd u mag best naar uw reserves kijken. U bent altijd een goed huisvader geweest. De gemeenteraad die Nieuw-Ginneken bestuurd heeft is daar altijd zuinig in geweest en reserves mag je zeker op een moment inzetten als je denkt het is nu gewenst en wij staan ook het komende jaar voor de wens, de keus of we daar qua investeringen aan mee willen werken. Ik deel de opvattingen van de heren Van Gils, dat juist in tijden die moeilijker zijn je zeker dat mag aanzwengelen en kunt stimuleren en met name grote onrendabele investeringen, denk onder andere aan het rioleringsvraagstuk, sociaal-culturele accommodatie, maken denk ik een extra zaak nood zakelijk. Dan de stijging van de harde naar de zachte sector, hoe zit een en ander. Een deel van dat bedrag van 1,4 miljoen wordt benut door de 7 ton van de Wet Voorzieningen Gehandicapten. Die lopen nu via het Gemeentefonds. Dat betekent, als je dat bedrag er af haalt, dat er in plaats van 90% een stijging is van 10% en vervolgens hebben wij dan nog een aantal kosten, onder andere de salariskosten, de loonkosten van de banenpools, ik ga dat niet verder detailleren, en die leiden er toe dat na aftrek van dat bedrag van 920.000,--, heel begrijpelijke kosten, dan kom je dus eigenlijk op een stijging uit van 0% en ik wil dat best nog wel eens u ter hand stellen en dan ziet u dat dat begrijpelijk is. Het is natuurlijk altijd heel boeiend om te zeggen, ik ken die discussies ook nog wel uit het verleden, er worden kosten van de harde naar de zachte sector ge schoven en daar zou je dan eventueel bestuurlijke politieke conclusies aan mogen of kunnen ver binden. Dat is gelukkig in dit college en in deze raad zeker niet het geval. Het is in alle opzichten denk ik zeer verantwoord. Dan de lasten voor de burgers, stijgen die nog en is dat verstandig, een aantal van u spreekt daar ook over. In de meerjarenbegroting waar wij met u over gesproken hebben is afgesproken dat de Onroerende Zaak Belastingen vanaf 1995 tot 1997 jaarlijks zal stijgen met 6% en wij hebben een normale trend van 4% ter dekking van de kapitaallasten, onder andere drukriolering in het buitengebied, onder andere de CDA-fractie heeft daar toch zeker voor gepleit en overigens met begrip en met steun van andere partijen leidt dat tot nog een normale stijging van 2%. Nogmaals, ik hecht er aan om te zeggen dat ons hele tarievenstelsel toch alles zins verantwoord is als je dat afzet ten opzichte van de tarieven in vele, vele andere gemeenten. Dat laat onverlet dat we er zorgvuldig mee moeten omgaan. Als we anderzijds vinden dat we ons

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1993 | | pagina 634