voetbalteam elf personen spelen en het getal vijftien heeft voor ons eerder iets te maken met
rugby. Dank u.
De heer H. VAN GILS: Voorzitter, ik ben blij dat u er van uitgaat dat bij ons de jongste, degene
onder de 55, het eerst begint en vervolgens de wat ouderen, dat om toch weer even terug te
komen op die leeftijd. Voorzitter, ik wil met uw toestemming eerst even reageren richting de
andere fracties, dus reageren op hun algemene beschouwen, en vervolgens wat op- en aanmerkin
gen maken richting uw college. Daarna zal mijn fractiegenoot, de heer Paulussen, ook nog het een
en ander daarover zeggen. Ik wil eigenlijk bij het CDA beginnen, voorzitter, die spreken er in
hun algemene beschouwingen over dat het college daadkrachtig en voortvarend heeft gefunctio
neerd de afgelopen drieëneenhalf jaar. Nou, ik heb dat in de rest van de algemene beschouwingen
van het CDA bepaald niet kunnen vinden. Ik zal daarvoor een voorbeeld geven, anders vragen ze
er direct toch om. Het CDA pleit bij dit college, waarvan ze zelf deel uitmaken, voor snelle
oplossingen als we het hebben over ruimtelijke ordeningszaken, met name het bestemmingsplan
buitengebied, bedrijventerrein, enzovoorts. Toch wat vreemd voor een regeringsfractie. Dat is wat
ik bedoel met daadkrachtige voortvarendheid. Vervolgens, in het hoofdstuk sociale voorzieningen
en maatschappelijke dienstverlening noemen ze eigenlijk alleen maar een hele hoop kreten. Ik zal
er ook wat dat betreft een paar noemen. Ze stellen dat ze criteria ingevoerd hebben van arbeid,
scholing en inkomen, verbetering van de leefomgeving en doelmatigheid en kwaliteit van
voorzieningen. Prachtige kreten, MdV, maar verdere verduidelijking hebben wij niet kunnen
constateren.
De heer MARTENS: Mijnheer van Gils, ik herinner me nog van twee jaar terug de algemene
beschouwingen. Als u citeert, dan moet u het in zijn verband citeren. En wat algemene kreten
betreft, zou ik ook een paar voorbeelden kunnen noemen. Er staat dat het college, op het moment
dat sprake was over sociale vernieuwing, criteria zelf heeft ingevoerd als arbeid, scholing en
inkomen. Ik wil dat wel eventjes uit gaan leggen wat dat precies is, maar ik schat u zodanig in....
De heer H. VAN GILS: Ja, maar u gaat niet verder dan dat constateren en er komt verder geen
enkele uitleg, dat is precies wat ik wil zeggen.
De heer MARTENS: Dan moet u zichzelf afvragen wat de strekking is van dit stuk.
De heer H. VAN GILS: Ik mag, denk ik, aan het CDA vragen wat ze bedoelen in hun algemene
beschouwingen, niet meer en niet minder. Als ze van kreten gebruik maken, dan wil ik dat graag
horen.
De heer MARTENS: Dit is geen kreet, dit is een constatering dat als we het zo over sociale
vernieuwing hebben enkele jaren terug, dat het college in het kader van de sociale vernieuwing als
criteria, als uitgangspunten heeft ingevoerd we gaan aandacht besteden aan arbeid, scholing en
inkomen. Dit is een constatering, dit is geen kreet, klaar, uit.
De heer H. VAN GILS: Maar daar gebeurt verder helemaal niks mee, mijnheer Martens, dat bent
u wel met me eens waarschijnlijk.
De heer MARTENS: In de volgende beschouwingen zal ik zeggen wat een constatering is en waar
ik verder wat mee ga doen.
De heer H. VAN GILS: Voorzitter, als we het hebben over de Pekhoeve, waar we in eerste
termijn niks over gehoord hebben, maar van het CDA gelukkig wel, daar wordt gezegd dat het
particulier initiatief op voortvarende wijze het beheer van de Pekhoeve heeft opgepakt. Nou dacht
ik dat het CDA daar tracht een pluim op eigen hoed te zetten, maar alleen het initiatief van de
VVD in deze richting, van vorig jaar, dat blijft vergeten. Ik wil het alleen maar even opmerken.
Voorzitter, wat Leefbaarheid betreft, algemene beschouwingen, mijnheer Van de Put zit nog niet