Daarom aanvaardt het Woonwagenschap geen aansprakelijkheid voor de sanering van de oude
afvalstortplaats en is bereid daarover een juridische procedure te volgen.
Bij de heer MARTENS blijft de vrees bestaan dat bij een woonbebouwing zal blijken dat de
bodem veel ernstiger is vervuild dan nu wordt aangenomen.
Wethouder ROPS antwoordt dat uit bodemonderzoek bekend is welke vervuiling tot 1983
aanwezig was. Daarvoor is o.a. een monitoring ingesteld en is de nul-optie vastgesteld. Voor de
vervuiling die daarna is opgetreden is het Woonwagenschap aansprakelijk.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld.
7. VOORSTEL TOT WIJZIGING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING
ZIEKTEKOSTENVOORZIENING NOORD-BRABANT EN DIVERSE RECHTSPOSI
TIEREGELINGEN.
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld.
8. VOORSTEL INZAKE HET SLUITEN VAN EEN CONVENANT MET DE WONING
BOUWVERENIGING SINT LAURENTIUS TE BREDA IN VERBAND MET BE
STUURLIJKE OVERDRACHT VAN BEVOEGDHEDEN MET BETREKKING TOT
WONING VERDELING
Voorafgaande aan deze raadsvergadering heeft nog een vergadering van commissie Welzijn
plaatsgevonden. De VOORZITTER deelt mede dat het college, op unaniem advies van die
commissie, heeft besloten dit voorstel terug te nemen voor nader beraad en aanvullende informa
tie. Een aangepast voorstel zal worden voorbereid voor een volgende raadsvergadering.
9. VOORSTEL INZAKE VERGOEDING VAN SCHADE VAN WATEROVERLAST AAN
DE OPENBARE BASISSCHOOL DE TOERMALIJN TE BA VEL.
De heer VAN DE PUT vraagt zich af of het mogelijk is de aannemer aansprakelijk te stellen voor
de geleden schade. Hij heeft vernomen dat het niet ongebruikelijk is om, met name in grotere
gebouwen, terugslagkleppen te monteren in de toiletpotten.
Wethouder ROPS antwoordt dat het college ervan overtuigd is dat hier noch de aannemer noch de
school zelf enige schuld treft maar dat sprake is van overmacht. De schade is ontstaan in de
bekende nacht in augustus. Montage van terugslagkleppen in rioleringssystemen is hem wel
bekend; niet in toiletpotten.
De heer J. VAN GILS vraagt of er inmiddels aanpassingen in het rioolstelsel zijn aangebracht om
herhaling bij de volgende zware stortbui te voorkomen.
Wethouder ZWIJNENBURG antwoordt dat aanpassing van het rioolstelsel niet nodig is. Om
herhaling te voorkomen zijn de afvoeren van het hemelwater van de school op een andere plaats
op de riolering aangesloten waardoor het praktisch is uitgesloten dat het nog een keer voorkomt.
De VOORZITTER hecht zoveel waarde aan de gestelde vragen dat hij toezegt dat de sector
Openbare Werken in algemene zin aandacht zal schenken aan de gemaakte opmerkingen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld.
8