10
herbezinnen, want de gemeente, enfin, dat bedoelde ik te zeg
gen
De heer H. VAN GILS: Voorzitter, zou ik even mogen reageren in
de richting van mijnheer Van de Put? Ik weet niet of mijnheer
Van de Put zich realiseert wat een stichting eigenlijk is. Dat
is een compleet zelfstandige zaak en dat die in goed overleg
met de gemeente zaken voorbereidt en afspreekt, dat is prima,
maar ze zijn natuurlijk wel helemaal zelfstandig.
De heer GEERTSEigenlijk hetzelfde. Mijnheer van de Put heeft
in feite ook ingestemd, heb ik gehoord, met punt 4 en daar
wordt dat toch duidelijk omschreven. Wij hebben een relatie
met die stichting, gekoppeld aan het begrip exploitatietekort
en daar ligt de zaak en op grond daarvan krijgen we ieder jaar
de begroting toegezonden en kunnen wij op grond daarvan opmer
kingen maken, maar dan houdt het ook op en dat is denk ik een
juiste relatie.
De VOORZITTER: Goed, ik denk dat hierover de standpunten uit
gewisseld zijn. Ik constateer dat uw raad kan instemmen met de
voorstellen en met de gemaakte opmerkingen waarvan het college
kennisneemt. Dat betekent dat uw raad instemt met agendapunt
"Voorstel tot opheffing van de Bestuurscommissie Sportzaken
Bavel per 1 januari 1994", dat het "Voorstel tot overdracht
van het sportcomplex "De Huif" te Bavel per 1 januari 1994
door u wordt geaccordeerd en dat het "Voorstel tot goedkeuring
van de begroting 1994 van de Stichting Sportaccommodaties
Bavel en het toekennen van subsidies i.v.m. exploitatietekor
ten" ook uw instemming heeft.
De heer J. VAN GILS: Nog één opmerking bij 3, voorzitter. Als
de bestuurscommissie wordt opgeheven, dan betekent dat dat op
dat moment haar taken worden teruggeven, ik denk aan de ge
meenteraad van Nieuw-GinnekenIk denk dat de gemeenteraad
zaken heeft gedelegeerd aan de bestuurscommissie; ik weet dat
niet zeker meer, maar aan wie het ook is, ik vraag u in ieder
geval die zaken die door de bestuurscommissie Sportzaken Bavel
nog afgewikkeld moesten worden en toezeggingen die zijn ge
daan, dat die zorgvuldig worden opgepakt, of door uw college
of door de raad.
De VOORZITTER: Ik heb begrepen dat men zal zorgen voor een
naadloze overgang, mijnheer Van Gils, maar in formele zin
heeft u gelijk. De zaak komt terug naar de gemeente, vervol
gens gaat de Stichting werken. Persoonlijk uit de contacten
die we de afgelopen weken met het stichtingsbestuur in oprich
ting hebben gehad denk ik dat we er best veel vertrouwen in
mogen hebben dat ze heel consciëntieus ook datgene wat ligt
zullen vervolgen.
De heer J. VAN GILS: Maar ik vraag het ook aan u; dat zij het
doen, daar ben ik van overtuigd; u moet het ook doen.
De VOORZITTER: Ja, u hoeft het niet aan mij te vragen, u moet
het aan uzelf vragen, want u had het er net over dat het
