- 29 -
Het vierde lid van artikel 5.2.5 is van toepassing in alle situaties waar
de beide vluchtroutes vanaf de toegang tot een verblijfsruimte samenvallen
voor dat gedeelte van het gebouw waar dit het geval is. Dit artikellid
strekt ertoe dat de aanwezigen bij brand tijdig en op eigen gelegenheid,
ook buiten de normale werkuren, kunnen vluchten. Het kan daarbij gaan om
een kantoor waar in een bepaald gedeelte een doodlopende gang aanwezig is
waar bij de ontvluchting in geval van brand ruimten moeten worden gepas
seerd, die in brand kunnen staan. Het vierde lid is echter ook van toepas
sing op een kantoor met een gebruiksoppervlakte van ten hoogste 2000 m2 met
slechts één vluchtmogelijkheiddie als vluchtweg is uitgevoerd (zie
Regeling Bouwbesluit brandveiligheid, artikel 16, tweede lid, onder c, en
derde lid). In deze situaties is een rechtstreekse doormelding naar de
alarmcentrale van de brandweer niet nodig. De rookdetectie dient er voor de
ontruimingsalarmering automatisch in werking te stellen.
Het vijfde lid is primair bedoeld voor kleine kantoorgebouwen die slechts
éér. rookcompartiment bevatten, (zie Regeling Bouwbesluit brandveiligheid,
artikel 15, tweede, derde en vierde lid en artikel 16, tweede, vierde en
zesde lid). Dit artikellid strekt er, naast het gestelde voor het vierde
lid. tevens toe dat de brandweer zodanig snel kan worden gewaarschuwd dat
eventuele door het vuur ingesloten personen kunnen worden gered. Derhalve
is in ceze situatie een rechtstreekse doormelding naar de alarmcentrale van
de brandweer noodzakelijk.
Artikel 5.3.4
1 Motivering
De aanschrijvingsmogelijkheid van dit artikel is beperkt daar waar het
Lozingsbesluit bodembescherming onverkort van toepassing is. Ter voorkoming
van misverstanden dient daarom de toelichting bij dit artikel te worden
aangevuld
Ill Wijziging in het deel Toelichting
Toevoegen
"Het is zinloos om door middel van een aanschrijving te verplichten tot het
aansluiten op het openbaar riool, zolang - op grond van het Lozingsbesluit
bodembescherming - het afvalwater in de bodem mag worden geloosd met behulp
van in dat besluit voorgeschreven voorzieningen (zuiveringssysteem en
infiltratievoorziening) en de genoemde voorzieningen - in financiële zin -
nog niet afgeschreven zijn. Immers, een regeling van de rijksoverheid zoals
het Lozingsbesluit bodembescherming prevaleert ten opzichte van een
gemeentelijke verordening, in casu de bouwverordening."
Artikel 5.4.1 Preventie
I Motivering
Artikel 7.4.1, eerste lid, gaat over de staat waarin een bouwwerk zich moet
bevinden in verband met de preventie van ongedierte. Aangezien dit artikel
staat in hoofdstuk 7 over de wijze van gebruiken, moet bij het aanschrijven
op grond van dit artikel worden aangetoond dat de onreinheid verband houdt
met de wijze van gebruiken en wordt de gebruiker aangeschreven.