5functie het geheel van de werkzaamheden dat door de ambtenaar is te verrichten; 6functie- en inconveniëntenwaarderinq waardering van de functie en inconveniënt volgens de methode zoals omschreven in de "Regeling functie- en inconveni- entenwaardering Gemeente Nieuw-Ginneken 1989", vastgesteld bij besluit van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Nieuw-Ginneken d.d. 13 juni 1989 en sedertdien gewijzigd dan wel aangevuld. Artikel 2 Het salaris bij aanstelling: 1. Bij de aanstelling van een ambtenaar wordt, behoudens het bepaalde terzake toekenning hoger salaris en/of salarisan ciënniteit bij aanstelling alsmede het bepaalde terzake persoonlijke toelage in deze verordening, het salaris vastgesteld op het minimumbedrag van de op zijn functie betrekking hebbende salarisschaal 2. Indien bij de aanstelling de ambtenaar jonger is dan 22 jaar wordt het salaris vastgesteld op het bedrag, dat overeen komstig zijn leeftijd in de op zijn functie betrekking hebbende salarisschaal is aangegeven. Artikel 3 Verhoging van het salaris: 1. Het salaris van de ambtenaar die de 22-jarige leeftijd bereikt, wordt vastgesteld op het minimumbedrag van de op zijn functie betrekking hebbende salarisschaal. 2. Het salaris van de ambtenaar die de 22-jarige leeftijd nog niet heeft bereikt, wordt verhoogd op de wijze als in de betreffende schaal is aangegeven, zodra hij die hogere leeftijd bereikt. 3Het salaris van een ambtenaar die daarvoor in aanmerking komt, wordt verhoogd op de wijze als in de desbetreffende schaal is aangegeven, naar gelang de ingevolge deze verorde ning verworven dan wel toegekende salarisanciënniteit Artikel 4 Militaire dienst: De tijd gedurende welke de ambtenaar krachtens wettelijk voorschrift verlof geniet ter vervulling van militaire dienst of daarvoor in de plaats tredende dienst, wordt in aanmerking genomen voor de vaststelling van de salarisanciënniteit, onverminderd hetgeen overigens dienaangaande in deze verorde ning is bepaald.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 22