3. Model C. Tussenvorm tussen model A en BGedeeltelijke
overdracht van beleidsbevoegdheden en mandatering van
uitvoering
4. Model D. Dit model gaat uit van de huidige bevoegdheden
verdeling zoals geregeld binnen de milieutechnische samen
werking. Dit model gaat uit van intensivering van de MTS-
samenwerking op weg naar een volwaardige milieudienst.
Teneinde een zo groot mogelijk milieurendement te verkrijgen en
voorts ook, uiteraard, een zo groot mogelijk draagvlak binnen
de deelnemende gemeenten, is de keuze in de rapportage gevallen
op model C.
Model C houdt in dat de beleidsbevoegdheid, alsmede de uitvoe
ring van een aantal nader te bepalen onderwerpen, wordt overge
dragen aan de milieudienst. Het enige dat voor de gemeente
overblijft is het ontwikkelen van beleid en uitvoering van puur
lokale aangelegenheden, zoals reiniging en groenbeheer en de
zorg voor de doorwerking van het milieubeleid in andere be
leidssectoren (externe integratie)
Het beleid (sturende taken) kan worden onderverdeeld in drie
soorten te weten:
1. Het regionale milieubeleid, neergelegd in het regionale
milieubeleidsplan, voor die taken welke een aantoonbaar
regionaal karakter hebben. Bij de ontwikkeling van het be
treffende beleid zal er in een vroeg stadium overleg zijn
met de gemeentelijke vertegenwoordigers om de betrokken
heid en de herkenbaarheid te vergroten (portefeuillehou
ders) In de constructie van een milieudienst volgens
model C zal dan echter ook medewerking worden gevraagd van
de gemeenten om zich aan dit door het Stadsgewest (Gewes
traad) vastgestelde beleid te conformeren. Afwijkingen van
dit beleid zullen slechts op basis van een deugdelijke
motivering kunnen plaatsvinden (commitment)
2. Op uitvoering gericht beleid. Het betreft hier het beleid,
direct gekoppeld aan de uitvoering, zoals uitgangspunten
bij vergunningverlening, handhaving, afvalverwijderingsbe-
leid etc. Ook hierbij zal zoveel als mogelijk in een vroeg
stadium worden teruggekoppeld naar de verantwoordelijke
bestuurders van de gemeenten.
3. Het lokale milieubeleid. Dit betreft realisatie van expli
ciet lokale aangelegenheden. Voor eventuele expertise kan
uiteraard altijd een beroep worden gedaan op de RMD
In het betreffende model zullen ook verzorgende taken worden
uitgevoerd door de RMD. Dit houdt in dat een aantal zaken wordt
uitbesteed, gedeeltelijk via mandaat, aan de RMD. Dit zijn
onder andere vergunningverlening, handhaving, klachtenbehande
ling, milieucommunicatie enz.. Essentieel hierbij is dat indien
mandaat wordt verleend, met name ten aanzien van vergunningver
lening, de grenzen hiervan goed worden bepaald. Dus bijvoor
beeld geen mandaat als de vergunning formeel moet worden
geweigerd of tegen de aanvraag veel bezwaren zijn ingediend.