De VOORZITTER stelt dat er geen misverstand over mag bestaan dat er van de zijde van het
college buitengewoon veel waardering bestaat voor het kwalitatief heel gedegen werk van deze
commissie. Ondanks het feit dat het werk al maar toeneemt, is de kwaliteit de afgelopen jaren
absoluut toegenomen. In de commissie is gediscussieerd over het al dan niet deel uitmaken van
raadsleden van deze commissie. Daar heeft hij ook voorgesteld om bij de vorming van een nieuw
collegeprogramma dit nog eens aan de orde te stellen. Het college is van mening dat de commissie
op dit moment goed functioneert; reden om deze samenstelling te continueren. De raad heeft
echter alle vrij-heid om bij de voorbereidingen voor een nieuw collegeprogramma daar nog eens
over te spreken.
Op de vraag van de heer PAULUSSEN of het voorstel nu dan niet behandeld gaat worden,
antwoordt de VOORZITTER dat het wel de bedoeling is het nu vast te stellen.
De heer PAULUSSEN wil ieder misverstand wegnemen. Hij heeft geen kritiek op de zittende
raadsleden, maar heeft slechts willen aangeven dat zijn fractie vindt dat de commissie zou moeten
bestaan uit onafhankelijke deskundigen.
De heer VAN DE PUT vraagt, vooruitlopend op de later te houden discussie, aan de heren Van
Gestel en Van Yperen of het niet zinvol zou zijn de twee raadsleden elk van een plaatsvervanger te
voorzien. Dat zou een verlichting in hun werkzaamheden kun-nen betekenen.
De heer VAN GESTEL vindt dat nog niet zo'n slecht idee, gezien ook de problemen met het
quorum die zich soms voordoen en ook gezien de belasting. Hij vindt de argumenten van de heer
Van Yperen in deze heel redelijk. Verder meent hij dat de heer Posthuma gelijk heeft; afgesproken
is hierover op een later tijdstip te spreken.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld.
8. VOORSTEL TOT BESCHIKBAARSTELLING VAN EEN KREDIET VOOR DE
VIERING VAN 50-JARIGE BEVRIJDING.
De heer J. VAN GILS maakte hierover bij de algemene beschouwingen al een opmerking. Hij is
blij met het voorstel en on-dersteunt het van harte.
De VOORZITTER stelt vast dat er vanuit alle kernen een geweldig enthousiasme is om samen een
viering voor te bereiden die de gemeente Nieuw-Ginneken waardig is. Hij hecht er aan op te
merken dat een deel van de middelen ingezet zal worden voor educatie van jongeren.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld.
9. VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN DE IE WIJZIGING VAN DE LEGES
VERORDENING 1994.
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld.
10. VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN DE 44E BEGROTINGSWIJZIGING 1993
MET BETREKKING TOT AANPASSING VAN DE GEWONE DIENST 1993.
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld.