en zijn er geen verkeersgevaarlijke situaties ontstaan. Na bespreking in de commissie VROM is de
formulering enigszins aangepast, in die zin dat in principe structureel bij de on-kruidbestrijding
geen chemische middelen meer worden gebruikt.
De heer VAN DE PUT vindt het toch jammer dat er kennelijk gewacht wordt tot er een ongeluk
gebeurt, voordat er maatregelen genomen worden. Verder is hij benieuwd hoe chemische on-
kruidbestrijding wordt toegepast bij verharding. Moet dat allemaal asfalt worden?
Wethouder VAN DER WESTERLAKEN noemt als voorbeeld de aangepaste Dorpsstraat/Molen
straat. Men ziet daar veel minder onkruid groeien dan voorheen bij klinkers. De manier van
bestraten heeft dus zeker invloed op het verschijnsel onkruid.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld.
16. VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN HET BESTEMMINGSPLAN "GAL-
DERSEWEG 52".
De heer VAN YPEREN vindt dat het aan de verslaglegging nogal ontbreekt. Reeds tijdens de
commissievergadering vroeg hij het verslag met een aantal gegevens aan te vullen. In het ter visie
liggende verslag van de hoorzitting mist hij met name een passage van de heer Van Hofwegen, die
uitlegde wat zijn afspraken met een aantal ambtenaren waren. Hij vindt dat essentieel en vraagt
opnieuw het verslag daarop aan te passen.
De heer WILLEMSEN stelt de vraag wat het vervolg is van deze procedure en wat de gevolgen
zijn voor de heer Van Boxel.
Wethouder VAN DER WESTERLAKEN stelt voor de verslaglegging te bespreken in de
commissie VROM, waar een en ander aan de orde is geweest. Wat het bezwaarschrift betreft,
wordt dit ongegrond verklaard zoals is voorgesteld, dan kan de persoon in kwestie nog richting
G.S. Aangezien echter het college van G.S. dit plan in het vooroverleg al gezien en goedgekeurd
heeft, kan er een verklaring van geen bezwaar aangevraagd worden op grond van de zogenaamde
artikel 19-procedure.
De heer WILLEMSEN merkt op dat zeven maanden toch wel erg lang is om een aanvrage rond te
r\ krijgen. Het betreft immers een eenvoudige verbouwing naar een tekening die door de gemeente is
ingezien en goedgekeurd. Bovendien heeft het bezwaarschrift van de heer Van Hofwegen niets met
deze verbouwing te maken.
Wethouder VAN DER WESTERLAKEN stelt dat het hier gaat om de wijziging van een bestem
mingsplan, waarbij allerlei procedures doorlopen moeten worden. Dat vergt nu eenmaal tijd.
De heer J. VAN GILS merkt op dat het vorige agendapunt ook een bestemmingsplanwijziging
betrof en daar kon het heel snel vol- gens de wethouder.
De VOORZITTER stelt voor, wat de inhoudelijke kant betreft, in de commissie nog eens te
spreken over het waarom van die zeven maanden, al is het alleen maar om de vooronderstelling
weg te nemen dat de activiteiten in het gemeentehuis daartoe geleid zouden hebben. Richting de
heer Van Yperen merkt hij op dat het zinvol is de notulering in de commissie nog eens te be
spreken. Hij stelt verder dat wat betreft de bestuurlijke helderheid in zijn algemeenheid geldt dat
het bestuur aangeeft wat het wel of niet wil. In commissieverband zal hij daar graag op terugko
men. Ambtelijke afspraken moeten zonodig correct vermeld worden qua notulering, maar hij hecht
er aan te vermelden dat het het bestuur is dat aangeeft wat het wel of niet wenst.
9