4
3Toetsing van de aanvraag
Voor de vraag of het werk toelaatbaar is c.q. vergunningverle
ning mogelijk is, is artikel 6 lid D III het toetsingskader.
Bij de beslissing ten aanzien van de gevraagde vergunning
staat - naast het advies van de directie LNO en de eventuele
verklaring van geen bezwaar van GS - de vraag centraal of ten
gevolge van de ingreep aktuele of potentiële natuurwetenschap
pelijke waarden, samenhangend met het waterhuishoudkundige
regime, onevenredig zouden (kunnen) worden aangetast.
Hiertoe is het volgende overwogen:
De op de plankaart als "Agrarisch gebied met natuurwetenschap
pelijke en landschappelijke waarde, tevens hydrologische
beschermingszone" aangeduide gronden zijn volgens de doelein
denomschrijving bestemd voor:
- agrarische produktiedoeleinden;
- behoud en/of herstel van natuurwetenschappelijke of cultuur-
historische waarden;
- beschermingszone in verband met de met het waterhuishoudkun
dig regime samenhangende natuurwetenschappelijke waarden.
Ten gevolge van de drainage wordt twee van de drie doelstel
lingen geweld aangedaan, terwijl het perceel zonder drainage
wel degelijk bruikbaar is voor agrarische productiedoeleinden.
Ter onderbouwing hiervan het volgende
A. Uit de Toelichting van het bestemmingsplan
- in agrarisch gebied met natuurwetenschappelijke en land
schappelijke waarde is intensivering van het grondgebruik
ongewenst
- in het dal van de Chaamse Beek sprake is van "zowel aktueel
als potentieel hoge floristische en faunistische waarden" en
verder: "voor het behoud van de natuurwetenschappelijke
waarden is het essentieel dat de waterhuishouding in de
a genoemde beekdalen niet verandert. Het optimaliseren van de
waterhuishouding zou een sneeuwbaleffect veroorzaken m.b.t.
intensivering van het agrarisch gebruik, hetgeen uit natuur
wetenschappelijk oogpunt moet worden tegengegaan"
- in hydrologische beschermingszones "dient gewaakt te worden
voor ingrepen die het vochtige karakter van de gronden
kunnen aantasten en daardoor de ecologische relaties kunnen
verstoren"
B. Huidige toestand
Het dal van de bovenloop van de Chaamse Beek waarvan de be
treffende hydrologische beschermingszone deel uitmaakt werd en
wordt nog gekenmerkt door grote bothanische waarden (o.a. de
zgn Rode-lijstsoorten Knolsteenbreek, Saxifraga granulata
Duizendknoopfontijnkruid, Potamogeton polygonifolia en Teer
chuichelheilAnagallis tene11a) en herpetologische waarden (7
soorten amfibieën waarvan er 4 in het provinciaal natuurbe
leidsplan worden aangemerkt als "bedreigde aandachtssoort
die afhankelijk zijn van hoge grondwaterstanden.