Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld. 8. VOORSTEL TOT HET BESCHIKBAAR STELLEN VAN EEN AANVULLEND KRE DIET VOOR DE HUISVESTING VAN HET BASISONDERWIJS TE BA VEL. De heer J. VAN GILS verwijst naar een vorige raadsvergadering, waar het hoe en waarom van dit voorstel aan de orde waren. Het financiële gedeelte vond hij toen, oneerbiedig uitgedrukt, een beetje natte vinger-werk. Nu beschikt de raad over de werkelijke cijfers, gebaseerd op een offerte. Zoals reeds gevreesd kost het wat meer. Zijn fractie vindt dat niet erg en gaat er zonder meer mee accoord. De heer VAN DE PUT vraagt of dit niet de eerste schuif is van de Oosterscheldedam die opengetrokken wordt. De VOORZITTER antwoordt richting de heer Van de Put, dat de raad nog goed weet wat we in de laatste vergadering met elkaar besproken hebben. Hij constateert dat daarna zowel door de bestuurscommissie als door het bestuur van het bijzonder onderwijs buitengewoon hard en intensief gewerkt is. Dat heeft tot precisering geleid. Namens het college had hij met de raad afgesproken onmiddellijk te zullen melden wanneer definitieve cijfers vast zouden staan. Dat vindt bij deze dus plaats. Hij merkt op dat, zoals het zich nu laat aanzien, de beide schoolbesturen feitelijk aan de slag kunnen en dat de planologische procedure inmiddels gestart is. Hij is van mening dat hier niet gesproken mag worden van een eerste schuif. Mogelijk wordt het een definitieve stap naar een adequate oplossing voor het onderwijsvraagstuk in de kern Bavel en dat is op zich belangwekkend genoeg. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld. 9. VOORSTEL TOT VERKOOP VAN HET PAND BRIGIDASTRAAT 10 TE BAVEL. De heer VAN YPEREN stelt dat zijn fractie zich terecht realiseert dat met de voorgenomen verkoop in de voorliggende periode verwachtingen zijn gewekt. Daardoor gaat zij schoorvoetend, met een paar opmerkingen, accoord met dit voorstel, ook al vinden zij het moment van de verkoop bijzonder ongelukkig. Het is nog helemaal niet duidelijk hoe de plannen met betrekking tot de inrichting van de kom daar ter plekke er uit zullen zien. We weten ook nog niet wat we met het hoekhuis gaan doen. Een en ander betekent dat er nog heel wat onzekere factoren zijn. Eén ding is nu erg duidelijk en daar is hij wel gelukkig mee: het pand zal behouden blijven. Voor zijn fractie is dat een van hun grootste wensen. Derhalve gaat hij ook schoorvoetend accoord. Toch wil hij de vergadering nog van twee punten op de hoogte stellen. Zijn fractie zou het achterste gedeelte van het perceel graag willen behouden voor de ontwikkeling, doortrekking of ontsluiting van de winkels daar, en misschien in de toekomst ook het hoekhuis met de plannen daarbij. Hij zou dus het achterste gedeelte van het perceel, dat nu tuin is, willen behouden ten behoeve van die ontwikkeling. Verder herinnert hij aan het feit dat de buren winkeliers indertijd mede hebben geïnvesteerd in de parkeerplaatsen daar ter plaatse en dat zou in zijn totaliteit moeten worden meegenomen. Hij stelt voor te bekijken of het laatste deel van de tuin niet beter aan de gemeente kan blijven, gezien de plannen die we daar hebben. Ten tweede merkt bij op dat de kwaliteit van de panden in principe niet buitengewoon geweldig is. Er mankeert nogal wat aan beide panden. Hij zou in de akte willen vastleggen dat verbouwingen die wij eventueel van plan zijn met betrekking tot het hoekhuis, niet kunnen leiden tot bijzondere aansprakelijkheid van degene die het huis gaat kopen. Een en ander dient men van te voren in de akte goed vast te leggen, want de gevolgen kunnen behoorlijk zijn.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 343