5
2. Leidt het in het eerste lid genoemde verzoek niet tot
verbetering of aanvulling van de gegevens of tot goede
pasfoto's, dan laten burgemeester en wethouders de aanvraag
buiten behandeling.
3Indien de verklaring van toestemming als bedoeld in artikel
13 niet wordt overgelegd laten burgemeester en wethouders
de aanvraag buiten behandeling.
Artikel 16
1. Burgemeester en wethouders die een aanvraag in ontvangst
nemen ten behoeve van een persoon die in het centrale
persoonsregister (CPR) is opgenomen, zenden deze aanvraag
aan het hoofd van de Rijksinspectie van de
Bevolkingsregisters ter verificatie van de daarin vermelde
persoonsgegevensDaarnaast verzoeken burgemeester en
wethouders het hoofd van de Rijksinspectie van de
Bevolkingsregisters te verifiëren of er reeds eerder een
identiteitskaart aan de betrokken persoon is uitgereikt.
2Burgemeester en wethouders gaan eerst tot verstrekking van
een identiteitskaart aan de in het eerste lid bedoelde
persoon over, nadat het hoofd van de Rijksinspectie van de
Bevolkingsregisters zijn bevindingen op de in het eerste
lid bedoelde stukken heeft kenbaar gemaakt.
3Burgemeester en wethouders melden aan het hoofd van de
Rijksinspectie van de Bevolkingsregisters bij verstrekking,
vermissing (inclusief diefstal)of inhouding/inlevering
van een identiteitskaart van een het centrale
persoonsregister opgenomen persoon:
a. de (geslachts)naam, de voornamen, de geboortedatum en
de geboorteplaats van deze persoon;
b. de gegevens als bedoeld in artikel 24.
Artikel 17
Burgemeester en wethouders weigeren de verstrekking van een
identiteitskaart indien:
a. de aanvrager niet de Nederlandse nationaliteit bezit of
niet op grond van de Wet betreffende de positie van
Molukkers van 9 september 1976 (Stb. 468) als Nederlander
wordt behandeld;
b. de aanvrager niet in de bevolkingsadministratie van de
gemeente of niet in het Centraal Persoonsregister is
opgenomen;
c. een verklaring als bedoeld in artikel 12, eerste lid,
ontbreekt
Artikel 18
Burgemeester en wethouders kunnen ten behoeve van de uitreiking
van identiteitskaarten gebruik maken van de diensten van
derden, voor zover daarbij wordt voldaan aan de volgende
voorwaarden
a. de inschakeling van de derde bij de uitreiking wordt
vastgelegd in een met deze te sluiten schriftelijke
overeenkomst
b. de personen die tot het verrichten van de handelingen zijn
aangewezen, worden als onbezoldigd ambtenaar aangesteld;
c. de uitreiking geschiedt aan de aanvrager in persoon of aan
een door de aanvrager schriftelijk gemachtigde;
d. de identiteitskaart die niet binnen een maand nadat het
voor uitreiking beschikbaar is gesteld door de aanvrager in