De motie betreffende punt II.d. wordt raadsbreed aangenomen. Ten aanzien van de overige ter
inzage liggende stukken wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld.
4. VOORSTEL TOT BEHANDELING VAN DE KADERNOTA VAN DE BEGROTING
1995.
De heer H. VAN GILS refereert aan de door zijn fractie schriftelijk geformuleerde vragen en
opmerkingen. Door deze schriftelijk in te dienen hopen zij een uitgebreider en gedetailleerder
antwoord te krijgen. Speciaal in de richting van het publiek herhaalt hij kort de vragen. Als eerste
een compliment aan het college voor de moed een taakstellende bezuiniging van 100.000,— voor
zichzelf te plannen. Verder maakte zijn fractie een opmerking ten aanzien van de layout van de
nota. Deze zou voor de leek wat duidelijk gemaakt kunnen worden, daar waar het positieve en
negatieve posten betreft. Op de vragen betreffende de speel-o-theek zal hij bij de behandeling van
de schriftelijke vragen nog terugkomen. Wat zijn fractie echter het zwaarst op de maag ligt, is de
verhoging van de reinigingsrechten met 40,— per jaar. In de motivatie wordt gesproken over de
hogere kosten van papierinzameling en over de verhoging van de stortrechten. Van overheidswege
wordt ook nog even de afvalstoffenheffing doorberekend. Zijn fractie is van mening dat de burger
op die manier gestraft wordt voor het beter omgaan met huisvuil. Hij verzoekt het college
nogmaals te bekijken of dat bedrag van 40,- niet omlaag kan. Zoals reeds schriftelijk aange
meld, is zijn fractie bereid hiervoor in de plaats een kleine verhoging van de Onroerend Zaak
Belasting te accepteren. Vervolgens wijst hij op het feit dat met name de afwikkeling via het
Kringloopcentrum nogal wat frustraties oproept bij de burger. Tenslotte pleit zijn fractie voor het
handhaven van de hondenbelasting op een tarief van 80,— voor de eerste hond. Men heeft geen
enkel probleem met het verhogen van het tarief voor verdere honden naar bijvoorbeeld 250,— of
300,-.
De heer POSTHUMA meldt namens zijn fractie accoord te kunnen gaan met de in grote lijnen in
de kadernota uitgezette koers voor 1995. Hij is zich ervan bewust dat de gemeente momenteel nog
met een probleem van circa 100.000,- zit, maar gaat ervan uit dat het college tegen de
begrotingsbehandeling met een voorstel komt voor de oplossing hiervan. Wel neemt hij reeds een
voorschotje op de manier waarop zijn fractie over een en ander denkt. Men is van mening dat
zowel de aanleg van fietspaden aan de Roosbergseweg, alsook het opknappen van de Roos-
bergseweg zelf, geen uitstel kunnen lijden. Het hanteren van de kaasschaafmethode hoeft voor de
PvdA ook niet meer. Na een aantal jaren werkt zo'n methode niet meer. Het is beter om nu
politieke keuzes te maken. Voor de PvdA-fractie staat ook vast dat een aantal basisvoorzieningen
in onze gemeenschap hoe dan ook veilig moet worden gesteld. Dat betekent niet dat je bij
voorbeeld een welzijnsprogramma niet eens critisch zou mogen bekijken. Was het in het verleden
gebruikelijk bepaalde initiatieven met een waarderingssubsidie te belonen; nu is misschien het
moment aangebroken om die waardering op een andere manier te laten blijken. Je praat dan niet
over grote bedragen, maar alles helpt.
De heer ZWIJNENBURG merkt op dat een aantal uitspraken in de kadernota over de langere
termijn voor hem niet bepaald opwekkende lectuur waren. Over enkele jaren worden de gaten toch
wel erg groot. Tevens mist hij enige onderbouwing van de in de kadernota opgenomen bezuini
ging van 100.000,—. Hij vindt het moeilijk hier ja tegen te zeggen als je zelfs niet weet in welke
richting dit bedrag gevonden gaat worden. Graag duidelijkheid daarover. Zijn fractie wil op dat
punt in ieder geval de handen vrijhouden om straks bij de begroting, als die invulling wel
duidelijk is, daarop terug te komen. Volgens de kadernota is er een stukje voortzetting van
uitvoering van reeds liggende zaken. Hij neemt aan dat in het licht van het coalitieprogramma ook
een aantal nieuwe zaken aan de orde zal komen, maar het ligt in de rede dat daarop gewacht moet
worden tot de begrotingsbehandeling. Namens zijn fractie verklaart hij zich accoord met leges,
tarieven, vergoedingen en rechten. De ontwikkeling van de reinigingsrechten vindt hij zorgelijk.
Gelukkig is er enige jaren geleden een fonds gesticht; anders hadden de bedragen nu nog hoger