GEMEENTE NIEUW-GINNEKEN Raadsvergadering Onderwerp 6 september 1994 Voorstel tot onttrekking aan de open baarheid van een gedeelte van de toe gangsweg naar Strijbeekseweg 45a te Strijbeek; Agenda Nr 17 KlassNr -1.811. Ill 1 Ulvenhout, 26 augustus 1994 Aan de Raad, Inleiding De woning van de heer J. Vriens, Stri jbeekseweg 45a te Strij- beek staat aan een openbaar zijweggetje van de Strijbeekseweg In het verleden hebben enige inbraakpogingen plaatsgevonden. Om zijn erf beter af te schermen tegen ongewenste bezoekers heeft de heer Vriens eind 1991 een poort aangebracht op de openbare toegangsweg. Na aanschrijving door de gemeente is de poort weer verwij derd Er zijn een aantal andere percelen die via de toegangsweg ontsluiten. Deze percelen (geen van alle bebouwd) zijn eigendom van het Bureau Beheer Landbouwgronden (BBL) Om toch iets te doen aan het probleem van de heer Vriens is overleg gevoerd met het BBL, en uiteraard met de heer Vriens zelf. Als oplossing is voorgesteld om het achterste gedeelte van de toegangsweg aan de heer Vriens te verkopen, op die wijze kan hij de gewenste erfafsluiting realiseren. Ons college heeft op 26 oktober 1993 in principe met deze gang van zaken ingestemd. Het te verkopen weggedeelte is nu nog openbare weg. Voordat de verkoop doorgang kan vinden dient het eerst te worden onttrokken aan de open baarheid Onttrekking aan de openbaarheid De procedure die voor een dergelijke onttrekking gevolgd dient te worden is veranderd door de inwerkingtreding van de Algemene Wet Bestuursrecht (AWB)Onveranderd komt onttrekking van een weg die in beheer is bij een gemeente tot stand door een raadsbesluit. Het voor- en natraject zijn echter veranderd: 1Vóór de AWB diende een voornemen tot onttrekking gedurende een maand ter inzage te worden gelegd, een en ander volgens de voorschriften van de WegenwetVanaf 1-1-1994 geldt hiervoor de openbare voorbereidingsprocedure van afdeling 3.4. AWB, die overigens hetzelfde inhoudt;

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 626