realisering van die ene echte grote groene gemeente, inclusief Riel en Bavel. Daarnaast zullen wij
alles blijven doen om ook onze buurgemeente Breda te helpen het ruimteprobleem voor de
komende 25 jaar op te lossen. Voor alle duidelijkheid, alleen onbebouwd gebied.
Gelukkig nemen wij vandaag alleen maar afscheid van burgemeester Van der Velden. Namens de
gehele gemeenteraad en uiteraard ook onze partners bedankt voor de vruchtbare en plezierige
samenwerking en erg veel succes toegewenst in je nieuwe gemeente Rosmalen. Maar we zijn blij
Peter en Marianne en de kinderen dat ze nog een tijdje hier blijven wonen. En ook als ze straks
verhuizen dan blijft Nieuw-Ginneken - Rosmalen voor ons een overbrugbare afstand. Nogmaals
Peter en Marianne bedankt. En ofschoon we gisteren namens de raad al een afscheidscadeau
hebben aangeboden wil ik nu toch nog een bloemetje aanbieden aan Marianne, maar dan eentje dat
blijft. Waarvan onze zuiderburen zeggen je hoeft ze niet te gieten.
Na deze gloedvolle toespraak van het lid van de raad de heer H. van Gils geeft wethouder J. VAN
GILS het woord aan gemeentesecretaris Coppens die de burgemeester namens het personeel zal
toespreken.
Secretaris J.G. COPPENS spreekt als volgt. Burgemeester, mevrouw Hagenaars, kinderen, leden
van de gemeenteraad, dames en heren. Afgelopen woensdag mocht het personeel van Nieuw-
Ginneken in een wat informele ambiance afscheid nemen van nu nog onze burgemeester de heer
Van der Velden. Ik heb u toen ook al namens het personeel mogen toespreken maar ik heb er toch
behoefte aan om dit ook vandaag in deze buitengewone raadsvergadering namens alle medewerkers
van Nieuw-Ginneken nogmaals te doen. Te meer heb ik daar behoefte aan omdat enerzijds het
personeel het mij ongetwijfeld kwalijk zou nemen als ik het niet zou doen en anderzijds omdat ik
van oordeel ben dat de wijze waarop u, burgemeester Van der Velden, bij het personeel betrokken
was uitgedragen moet worden. Het mag een voorbeeld zijn. Bij uw aantreden heeft u gepleit voor
een modern en hedendaags personeelsbeleid. Was dit een term die schouderophalend wel in de tijd
paste maar zeker niet de garantie gaf dat er veel zou gaan veranderen. Al snel bleek in de jaren
'89-'90 wat u hieronder verstond. Samen, toen nog met mijn voorganger secretaris Nuijten, werd
hard gewerkt aan zelfontplooiing en zelfverantwoordelijkheid van medewerkers. Daartoe werd de
reorganisatie doorgevoerd en werd aan het management grote waarde toegekend. Gepleit werd
voor een gestructureerd bureau- en sectoroverleg terwijl het managementteam tot het instituut bij
uitstek werd verheven om de coördinatie tussen de diverse sectoren vorm te geven en de voortgang
van het werk te bewaken. Het is niet bij woorden gebleven. Het beleid is er gekomen. Vervolgens
droeg u het uit en via scholing en vorming werden de medewerkers voorbereid op het zich met
name de laatste jaren aandienend wisselend werkaanbod.
Burgemeester, het was op tijd en we moeten nu constateren dat we weten om te gaan met een
burger die als maar zelfbewuster wordt en die een andere rol van de overheid verlangt. Maatwerk
wordt gevraagd en de politiek kan die alleen maar leveren als de ambtelijke organisatie daarop
ingesteld is. Geconstateerd mag worden dat het gedaan is met de statische gemeentesecretarie van
vroeger. Alle medewerkers zijn, met respect voor een ieders werk, meer naar elkaar toe gegroeid
en als uitvloeisel hiervan mag bijvoorbeeld worden genoemd het samengaan van de personeelsver
enigingen van de binnen- en de buitendienst.
Burgemeester, veel zal mij bij blijven van de periode in Nieuw-Ginneken. Bij dit alles is mij steeds
opgevallen dat bij succes dit nooit door uzelf werd geclaimd. Anderen, bestuurders of medewer
kers kregen de pluimen. Dit alles hebben wij, het personeel van Nieuw-Ginneken, bijzonder in u
gewaardeerd. Juist deze wijze van omgaan met het personeel versterkt het geloof in hun eigen
kunnen en draagt heel veel bij aan de eerder genoemde zelfontplooiing en zelfverantwoordelijkheid
van de medewerkers. In het verlengde van de door u zo bepleite zelfverantwoordelijkheid ligt
opgesloten de bijstelling van het bezoldigingsbeleid, gerelateerd aan de kwaliteit van het werk.
Functioneringsgesprekken en personeelsbeoordeling moesten hieraan vooraf gaan, gevolgd door
een voor een ieder herkenbaar flexibel beloningsbeleid. We doen het nu enkele jaren en met vallen
