of werkzaamheden heeft verricht als bedoeld in artikel 8
van de Werkloosheidswet en hij de hoedanigheid van werkne
mer heeft herkregen, wordt de in het eerste lid, onder a,
bedoelde periode van 12 maanden verlengd met de duur van de
perioden van de bedoelde verhindering.
3 De in een week verrichte werkzaamheden worden
slechts in aanmerking genomen, voor zover zij betrekking
hebben op de dienstbetrekking waaruit de belanghebbende is
ontslagen en op een of meer
dienstbetrekkingen waarvoor eerstgenoemde dienstbetrekking
in de plaats is gekomen en voor zover deze niet reeds in
aanmerking zijn genomen voor een recht op uitkering.
4 Met weken, bedoeld in de voorgaande leden, worden gelijkge
steld weken, waarover de belanghebbende zonder te werken
loon heeft ontvangen.
5 De regels die gesteld zijn krachtens artikel 17, vierde en
vijfde lid, van de Werkloosheidswet, zijn van overeenkom
stige toepassing.
6 In bijzondere gevallen kunnen burgemeester en wethouders
bepalen dat, wanneer niet aan de verplichting bedoeld in
artikel 19, tweede of derde lid, is voldaan, het recht op
uitkering ingaat met de dag waarop de inschrijving bij het
arbeidsbureau van zijn woonplaats heeft plaatsgehad.
7 Geen recht op uitkering bestaat
a. indien de belanghebbende ter zake van het ontslag recht
heeft op pensioen;
b. indien de belanghebbende op de dag van het ontslag de
leeftijd van 65 jaar heeft bereikt;
c. indien het ontslag aan eigen schuld of toedoen is te
wij ten
d. indien het ontslag naar het oordeel van burgemeester en
wethouders geacht moet worden niet te leiden tot on
vrijwillige werkloosheid;
e. voor de belanghebbende, die de leeftijd van 55 jaar nog
niet heeft bereikt, aan wie schriftelijk is medege
deeld, dat hem eervol ontslag zal worden verleend en
die na die mededeling een hem aangeboden betrekking,
welke mede in verband met zijn persoonlijkheid en zijn
omstandigheden voor hem passend is te achten, heeft
geweigerd te aanvaarden.
8 Burgemeester en wethouders beslissen over de toekenning van
uitkering op schriftelijk aanvraag door de belanghebbende.
De stukken die burgemeester en wethouders nodig achten voor
de behandeling van de aanvraag dienen door of vanwege de
belanghebbende te worden overgelegd.
Duur van de uitkering
Artikel 5
1 De uitkeringsduur is 6 maanden, met ingang van de dag
waarop het ontslag ingaat.