du®
GEMEENTE NIEUW-GINNEKEN
18 november 1994
Voorstel tot het aangaan van vaste
geldleningen voor het jaar 1995.
-2 07 .3526
Ulvenhout, 1 november 1994.
Aan de Raad,
Met betrekking tot het aangaan van vaste geldleningen regelt
artikel 14 7, lid 2 van de Gemeentewet de overige bevoegdheden
van de raad, voorzover deze niet bij of krachtens de wet aan
het college van burgemeester en wethouders of de burgemeester
zijn toegekend. Artikel 156 van de Gemeentewet laat in deze
geen delegatie toe. Praktisch bestaat wel de mogelijkheid, dat
de gemeenteraad bij voorbaat vorenbedoelde vaste geldleningen
aanvaardt en dat het bedrag van de afzonderlijke leningen en de
leningsvoorwaarden vervolgens telkens worden geconstateerd bij
besluit van Burgemeester en Wethouders. Dit besluit van het
College behoeft de goedkeuring van het College van Gedeputeerde
Staten
Hiertoe dient een raadsbesluit te worden genomen omdat tevoren
niet is vast te stellen, wanneer een dergelijke aanbieding
wordt gedaan. Daarnaast kwam het in de praktijk voor dat juist
een raadsvergadering was gehouden en dat - daar de aanvaarding
van een vaste geldlening aan een termijn is gebonden - hetzij
met spoed wederom een raadsvergadering diende te worden belegd,
hetzij de termijn van aanvaarding met instemming van de geld-
geefster moest worden verlengd.
Met het oog op de vlottende schuld en de betalingsverplichtin
gen alsmede in verband met nog te verwachten investeringen kan
het maximum, tot hetwelk vaste geldleningen worden aangegaan
voor 1995 worden gesteld op 5.000.000,--.
Uit het oogpunt van een efficiënte werkwijze en vlotte afdoe
ning van bedoelde aanbiedingen voor vaste geldleningen wordt
voorgesteld dat uw Raad ons machtiging verleent overeenkomstig
het in het agenda-dossier neergelegde ontwerp-besluit
Raadsvergadering
Onderwerp
Agenda Nr
16
KlassNr