Artikel 4
Artikel 5
Artikel 6 Werkwijze
Artikel 7 Slotbepaling
Als secretaris van de commissie treedt op een door burgemeester
en wethouders aangewezen ambtenaar. Zo mogelijk wijzen burge
meester en wethouders een vervanger aan.
De secretaris is geen lid van de commissie.
1. De leden van de commissie zoals bedoeld in artikel 3, 2e
lid, sub b, treden af op de dag waarop de leden van de
gemeenteraad periodiek aftreden en kunnen terstond worden
herbenoemd
2. Een commissielid kan te allen tijde schriftelijk ontslag
nemen. Hij dient dit schriftelijk in bij de voorzitter van
de commissie, die daarvan terstond kennis geeft aan
burgemeester en wethouders
Zij die hun ontslag hebben genomen, blijven hun functie
uitoefenen totdat in hun opvolging is voorzien.
3. De gemeenteraad kan te allen tijde uit eigener beweging aan
een lid, anders dan op eigen verzoek, ontslag verlenen ter
benoeming van een ander commissielid.
1. De commissie komt bijeen:
a. wanneer de voorzitter dit nodig acht; of
b. op verzoek van het college van burgemeester en wethou
ders
2. De voorzitter roept de leden schriftelijk op voor de ver
gadering, onder opgaaf van de punten die zullen worden
behandeld. De agenda en vergaderstukken worden twee weken
voor de vergadering aan de leden toegezonden. De commissie
werkt zoveel mogelijk op basis van een vergaderschema.
3De commissie vergadert als ten minste 3 leden, waaronder de
voorzitter of diens plaatsvervanger aanwezig zijn. Wanneer
het vereiste aantal leden niet aanwezig is, belegt de
voorzitter binnen één week een nieuwe vergadering en stelt
de leden daarvan terstond schriftelijk is kennis. In deze
laatste vergadering kunnen besluiten worden genomen
ongeacht het aantal aanwezige leden.
4Besluiten van de commissie worden genomen bij meerderheid
van stemmen. Indien de stemmen staken, beslist de stem van
de voorzitter. De secretaris heeft een adviserende stem.
5. De commissie vergadert en besluit in het openbaar.
6. De voorzitter is, uit eigen beweging of daartoe uitgenodigd
door de commissie, bevoegd om ambtenaren of andere
deskundigen uit te nodigen om de commissie van advies te
dienen
7. Het advies van de commissie aan het college van burgemees
ter en wethouders, dat wordt ondertekend door de voorzitter
en de secretaris, bevat voor zover relevant de zienswijzen
van de leden van de commissie.
In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist de
voorzitter van de commissie.