Herinrichting Algemene bijstandswet
Als algemeen uitgangspunt wordt gehanteerd dat efficiency
korting, die moeten worden gerealiseerd als gevolg van de
decentralisatie-impuls in beginsel moeten worden gevonden in
het betreffende beleidsterrein.
Tevens wordt als leidraad genomen dat de uitvoering van door
het Rijk te decentraliseren taken zich in principe zal
moeten bewegen binnen de daarvoor door het Rijk beschikbaar
te stellen financiële ruimte.
Op het terrein van sociale zaken, welzijn en onderwijs
vraagt voor de komende jaren een aantal ontwikkelingen in
toenemende mate de aandacht van uw raad.
In de kadernota 1995 werd de verwachting uitgesproken, dat
de invoering van de nieuwe Algemene Bijstandswet zou plaats
vinden in 1995. Inmiddels is die datum verschoven naar 1
januari 1996. De nieuwe Algemene Bijstandswet biedt niet
alleen meer beleidsruimte voor gemeenten, maar leidt op
termijn ook tot een grotere financiële verantwoordelijkheid.
De nieuwe wet beoogt naast vereenvoudiging en decentralisa
tie van de regelgeving een structurele bezuiniging van de
rijksuitgaven met ca 380 min. Het feitelijk effect van de
vereenvoudigde regelgeving op de gemeentelijke taakuitvoe
ring is nog onduidelijk. Tegenover de vermindering van
centrale regelgeving zal invulling gegeven moeten worden aan
de toegenomen gemeentelijke beleidsvrijheid. Bovendien is de
gemeente verplicht beleidsplannen en -verslagen op te
stellen
In de nieuwe ABW spelen de volgende elementen een belangrij-
ke rol
Normensystematiek
Op grond van een door de centrale overheid vastgelegde
beperkte normensystematiek voor algemene bijstand, zal de
gemeente een toelagensysteem moeten vaststellen op grond
waarvan voor alleenstaanden en alleenstaande ouders een
toeslag wordt verleend van maximaal 20% van het minimum
loon. Daarnaast zal de gemeente moeten vaststellen in
welke situaties de uitkering, vanwege lagere noodzakelij
ke bestaanskosten, verlaagd dient te worden.
Financiële verhouding
Per 1 januari 1999 zal de gemeente - naast het budget
voor bijzondere bijstand - een eigen budget via het
Gemeentefonds ontvangen voor de uitvoering van het toe
slagensysteem. Tot die datum worden de kosten van toesla
gen, als algemene bijstand, voor 90% vergoed en is dus
slechts sprake van een beperkt financieel risico voor de
gemeente. Gelet op de decentralisatie van de middelen
vanaf 1999, zal de periode 1996 - 1999 gebruikt kunnen
worden om ervaring op te doen met het nog te ontwikkelen
toeslagen-beleid. In verband daarmee kunnen de financiële
consequenties voor de gemeente op dit moment nog niet
worden aangegeven.