2 Op grond van artikel 23 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening heeft het ontwerp van bestemmingsplan "Binnenterrein De Lange Vore" met ingang van 24 november 1994 gedurende een viertal weken ter visie gelegen. Tijdens deze periode bestond voor een ieder de mogelijkheid om schriftelijk een zienswijze kenbaar te maken met betrekking tot het voorliggende ontwerp van bestem mingsplan. Een tweetal zienswijzen is ingekomen. Deze zienswijzen zijn bij het raadsbesluit gevoegd. Ingevolge artikel 23 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening zijn de indieners van de zienswijzen op 7 maart 1995 in de gelegenheid gesteld om hun visie mondeling toe te lichten. Van deze moge lijkheid is echter door niemand gebruik gemaakt. De zienswijzen van de reclamanten richten zich met name op de volgende bezwaren: - op dit moment wordt al veel geluidsoverlast ondervonden van wege de op het binnenterrein aangebrachte verharding: grind; - op dit moment bestaat reeds het vermoeden, dat de garageboxen verhuurd gaan worden aan bedrijven ten behoeve van opslag ruimte of aan hobbyisten om te kunnen knutselen aan auto's met als gevolg geluidsoverlast; - ten behoeve van de bouw van de garages zullen een aantal bomen gekapt dienen te worden, het uitzicht wordt daardoor minder; - er ontstaat een verkeersonveilige situatie bij het afrijden van het terrein; - geluidsoverlast door distributie van dag- en weekbladen vanuit de bestaande loods; - onvrede met de huidige aktiviteiten en aantasten van de privacy Uit de zienswijzen blijkt, dat er vooral veel onvrede bestaat met de huidige situatie. Indien de huidige grindverharding ver vangen zou worden door een andere verharding, zou al veel van de onvrede weggenomen kunnen worden. De eigenaren van het per ceel hebben inmiddels toegezegd de verharding aan te passen en de grindverharding te vervangen door een klinkerverharding. Het bestemmingsplan voorziet beoogt een planologische regeling te treffen voor de in het plangebied begrepen gronden. Het bestem mingsplan kan in de voorschriften geen regeling treffen aan gaande de toe te passen verharding. Ook overigens zijn wij tot de conclusie gekomen, dat de bezwaren zoals die uit de ziens wijzen naar voren komen, ongegrond dienen te worden verklaard. Wij stellen u voor om met betrekking tot het onderhavige bestemmingsplan te besluiten conform het bijgevoegde concept raadsbesluit Ingevolge artikel 27 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening kunnen degenen die tijdig een zienswijze bij de gemeenteraad hebben kenbaar gemaakt, alsmede de belanghebbenden die kunnen aantonen dat men redelijkerwijs niet in staat is geweest om overeenkomstig artikel 23 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening een zienswijze kenbaar te maken, schriftelijk bedenkingen inbrengen tegen het bestemmingsplan bij Gedeputeerde Staten. BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN NIEUW-GINNEKEN, De Secretaris, De Burgemeester, J.G. CoppensA.T.J. Bax-Broeckaert

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1995 | | pagina 301