De bezwaren die uit de zienswijzen naar voren komen hebben ons
doen besluiten het ontwerp van bestemmingsplan "Chaamseweg-
Chaamsebaan" aan te passen.
In de zone Z2 is inderdaad grootschalige bebouwing mogelijk,
zeker op zo'n groot perceel aan de J.F. Kellyweg/ 't Hoekske
Gezien de omgeving lijkt hier een zonering Z1 meer op zijn
plaats. Dezelfde methodiek is namelijk ook gehanteerd nabij de
bestaande bebouwing aan de Chaamseweg. In de zone Z1 is be
drijf sbebouwing mogelijk met een goothoogte van ten hoogste
3.50 meter en een absolute hoogte van 6 meter. Ook moet de
bedrijfsbebouwing gecombineerd worden met een dienstwoning. In
de zone Z1 zijn bedrijven toegestaan in de hindercategorieën 1
en 2 van de bedrijvenlijst. Door het grote onbebouwde perceel
te verdelen in 2 kleinere percelen, wordt de kleinschaligheid
nog vergroot, hetgeen beter aansluit bij de thans aanwezige
kleinschalige bebouwing.
Het bebouwde perceel aan de J.F. Kellyweg/ 't Hoekske ligt
momenteel in de bedrijfszone Z3Omdat de overgang tussen Z1 en
Z3 wel erg groot is, is besloten om op dit perceel een zone Z2
te leggen. In de zone Z2 is een bedrijf toegestaan in de
hindercategorie 2 van de bedrijvenlijst. Voor de verkeerson-
duidelijke situatie op het kruispunt Chaamseweg - Oude Beekhoek
- J.F. Kellyweg - 't Hoekske zal een oplossing worden gezocht
in een reconstructie van dit kruispunt en tevens door het
treffen van verkeersmaatregelen. Dit valt echter buiten de
planologisch-juridische mogelijkheden van het bestemmingsplan
De overige bezwaren dienen naar onze mening ongegrond te worden
verklaard
Gelet op het vorenstaande stellen wij u voor om over te gaan
tot vaststelling van het bestemmingsplan 11 Chaamseweg-Chaamse-
baan" door in te stemmen met het bijgevoegde concept-raadsbe
sluit. Een en ander impliceert, dat het bestemmingsplan met een
andere inhoud in gewijzigde vorm wordt vastgesteld dan waarop
het ontwerp van bestemmingsplan ter visie heeft gelegen.
Gelet op artikel 27 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening
kunnen degenen die tijdig een zienswijze bij de gemeenteraad
heeft kenbaar gemaakt, alsmede een belanghebbende die aantoont
dat hij/ zij redelijkerwijs niet in staat is geweest om over
eenkomstig artikel 23 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening
zijn/ haar zienswijze bij de gemeenteraad kenbaar te maken, kan
ingevolge artikel 26 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening
schriftelijk bedenkingen inbrengen tegen het bestemmingsplan
bij het college van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant.
Hetzelfde geldt voor degenen die bedenkingen hebben tegen de
wijzigingen die door de gemeenteraad bij vaststelling zijn
aangebracht ten opzichte van het ontwerp.
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN NIEUW-GINNEKEN,
De secretaris, De Burgemeester,
J.G. CoppensA.T.J. Bax - Broeckaert
