De VOORZITTER stelt voor het reglement in de volgende commissie ABAM te evalueren.
Overigens merkt zij op dat er inderdaad om twee kandidaten is gevraagd; er is er echter slechts
één voorgedragen. Zij benoemt de heren Geerts en Martens tot lid van de stemcommissie.
Na schriftelijke stemming blijkt dat mevrouw R. Goethals is benoemd met 10 geldige stemmen.
Eén stem vóór bleek ongeldig. Overigens wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld.
6. VOORSTEL TOT ONTSLAG VAN DE HEER R. VAN RIJSBERGEN ALS LID
VAN DE BESTUURSCOMMISSIE OPENBAAR ONDERWIJS NIEUW-GINNEKEN
EN BENOEMING VAN MEVROUW S.P.E. COX-DIEPENBROEK TOT LID VAN
DE COMMISSIE VOORNOEMD.
De VOORZITTER benoemt dezelfde heren tot stemcommissie.
Na schriftelijke stemming blijkt dat mevrouw S.P.E. Cox-Diepenbroek is benoemd met 11 geldige
stemmen. Overigens wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld.
7. VOORSTEL VERVULLING VAN EEN IN DE COMMISSIE WELZIJNSZAKEN
ONTSTANE VACATURE.
De VOORZITTER meldt de voordracht van de heer J. van Knijff uit Bavel en benoemt wederom
de heren Geerts en Martens tot stemcommissie.
Na schriftelijke stemming blijkt dat de heer J. van Knijff is benoemd met 11 geldige stemmen.
8. VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN DE EVALUATIE UITVOERING WET
VOORZIENINGEN GEHANDICAPTEN 1994.
De heer GOOS zegt dat naar zijn mening voorzichtigheid geboden blijft. Ten eerste om te
voorkomen dat gelden ook voor andere doeleinden dan de WVG worden gebruikt. Hij pleit voor
afstemming met het Gehandicaptenplatform Nieuw-Ginneken. Ten tweede wil hij voorkomen dat
in een relatief gunstige periode structurele uitbreidingen worden gerealiseerd, die later weer
moeten worden afgebouwd. Hij is verbaasd over de hoge kosten die besteed zijn aan de ondersteu
ning, met name salarissen en adviezen. Die kosten waren aanmerkelijk hoger dan begroot. Hij wil
een betere verhouding tussen de kosten van de voorzieningen en de kosten van de uitvoering. Dat
kan naar zijn mening mede worden bereikt door de eigen bijdrage te verlagen of te vereenvoudi
gen. Hij stemt in met de evaluatie, op voorwaarde dat aan beide punten aandacht wordt besteed en
dat het punt toegankelijkheid van openbare gebouwen daarbij zal worden betrokken.
De heer POSTHUMA complimenteert eerst de opstellers van het stuk met de kwaliteit daarvan.
Ook hem is de ongunstige verhouding tussen kosten voor voorzieningen en uitvoering opgevallen.
Hij gaat ervan uit, dat die verhouding met het verbeteren van de werkwijze gunstiger zal komen te
liggen. Hij is uitdrukkelijk voorstander van het afschaffen van de eigen bijdrage. Innen en
verwerken kosten meer dan het opbrengt. Bedoeld is de eigen bijdrage voor vervoersvoorzienin
gen en rolstoelen. Hij wil ook de mogelijkheid om bij geschillen een andere adviseur in te
schakelen, dit in verband met het verhogen van de objectiviteit van de beoordeling. Het financie
ren van andere projecten komt volgens hem pas aan de orde als er in de sfeer van de individuele
verstrekkingen niets meer te verbeteren valt. Accoord dus, met inachtname van de gemaakte
opmerkingen.
