De heer VAN GILS merkt in tweede instantie op dat hij nog steeds geen antwoord heeft op de
vraag hoe het, gezien de intentieverklaring, mogelijk is dat twee gesubsidieerde instellingen elkaar
op dit terrein beconcurreren.
Wethouder ROPS herhaalt dat in gebieden waar geen warme maaltijd gebracht kan worden, niet
naar koelverse, maar naar diepvriesprodukten gevraagd werd. Dat bleek een gat in de markt, waar
de RSWO ingesprongen is. Inderdaad ligt daar een intentieverklaring voor uit 1992. Als de heer
Van Gils zo ver wil gaan dat de levering van diepvriesprodukten gestaakt zou moeten worden, dan
zal daarover met de RSWO gepraat moet worden.
De heer VAN GILS zegt zich niet inhoudelijk met deze zaak te willen bemoeien. Hij houdt vast
aan de grote lijn, maar wilde een duidelijk antwoord op zijn vraag en dat heeft hij nu gehad.
De heer MARTENS refereert aan een toezegging in de commissie dat er meer beleidsmatig zou
worden gewerkt. Hij vraagt opnieuw naar een rapportage medio 1996. Graag zag hij in het te
voeren overleg de volgende vragen meegenomen: waarom koopt iemand warme maaltijden en wat
is er mis met het klantgericht werken.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld.
5. VOORSTEL TOT HET BESCHIKBAAR STELLEN VAN EEN KREDIET VOOR
EERSTE INRICHTING ONDERWIJSLEERPAKKET/MEUBILAIR ACHTSTE
GROEP OPENBARE BASISSCHOOL TOERMALIJN TE BA VEL.
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld.
6. VOORSTEL OM IN TE STEMMEN MET EEN SUB-REGIONAAL SYSTEEM
VOOR COLLECTIEF OPENBAAR VERVOER.
De heer VAN GILS gaat accoord met het voorstel, maar vraagt de datum van 31 december 1995
uit te breiden tot 1 april 1996, zodat beide systemen op elkaar aansluiten.
De heer GEERTS kan zich wel vinden in het voorstel van de heer Van Gils. Daar het hier echter
om WVG-gelden gaat, zou hij graag duidelijkheid hebben over de dekking van 31 december 1995
tot 1 april 1996. Overigens is hij zeer benieuwd naar de ontwikkelingen in het regionaal gebied.
De heer GOOS stemt in met het voorstel voor een sub-regionaal vervoerssysteem en wijst erop dat
dat systeem al twee maanden operatief is. De evaluatie zal moeten uitwijzen of de huidige
methodiek de juiste is. Hij vraagt aandacht voor klachten die er zouden zijn over lange wachttij
den en hogere betalingen dan voorgesteld. Voor het krijgen van een zuiver beeld lijkt het hem
geen goede zaak dat dergelijke klachten bij het verzorgende taxibedrijf terechtkomen. Zou het niet
beter zijn eventuele klachten in eigen huis te inventariseren?
Wethouder ROPS is blij met het voorstel van de heer Van Gils. Het zou een slechte zaak zijn
wanneer er voor de gebruikers een hiaat zou ontstaan. De evaluatie in december zal echter
gewoon doorgaan. Klachten over langere wachttijden zijn inderdaad bij de gemeente binnengeko
men; over hogere prijzen is echter niets bekend. Bij het verstrekken van pasjes wordt altijd aan de
mensen gevraagd eventuele klachten aan de gemeente door te geven. Er is echter niet alleen
sprake van klachten, er zijn ook zeer veel enthousiaste reacties te melden.