De heer ZWIJNENBURG zegt nu over een heleboel gegevens te beschikken die de zaak enerzijds
verhelderd hebben, maar anderzijds ook het belang van dat waarborgfonds aantonen. Het lijkt hem
niet verstandig op basis van mondelinge informatie nu een besluit te nemen. Hij stelt voor de raad
schriftelijke informatie toe te zenden met het verzoek daarop in een beperkte tijd te reageren. De
formele besluitvorming kan dan toch zoals gepland plaatsvinden.
De heer PLATZBEECKER vindt dat wat de heer Zwijnenburg voorstelt waarschijnlijk ook heel
goed op 23 oktober zou kunnen tijdens de extra raadsbijeenkomst.
De VOORZITTER had dezelfde gedachte. De bijeenkomst van 23 oktober is weliswaar een
informele, maar dat besluit zou dan natuurlijk wel genomen kunnen worden.
Wethouder VAN YPEREN antwoordt richting de heer Geerts dat het inderdaad een landelijk
waarborgfonds betreft, waaraan gemeenten kunnen deelnemen. In de situatie Nieuw-Ginneken
hebben we slechts te maken met één woningbouwvereniging waarop een en ander kan worden
toegepast. In dit kader is Laurentius de enige waar we in dit geval tot nu toe mee te maken
hebben.
De VOORZITTER acht het juist het voorstel Zwijnenburg te volgen, naar zij aanneemt onder
steund door de gehele raad, om er de komende informele raadsbijeenkomst van 23 oktober op
terug te komen. De stukken zullen tijdig aan de raadsleden worden toegezonden, zodat de
besluitvorming kan worden voorbereid.
17. RONDVRAAG EN SLUITING.
De heer PLATZBEECKER verwijst naar de vorige vergadering en informeert naar het blauw op
straat. De waarschijnlijke ingangsdatum was 1 oktober. Is er al blauw op straat en zo ja, wat doet
blauw dan nu op straat? Voorts dankt hij het college voor de vlotte en correcte beantwoording van
de bij de vorige vergadering ingediende schriftelijke vragen. Het college-antwoord met betrekking
tot de Vallei/Markdal situatie is ter kennis gebracht van de direct betrokken bewoners. Van de
kant van de bewoners wordt aangedrongen op een snelle en adequate reactie in het geval van
klachten en zijn fractie vraagt daar aandacht voor.
De VOORZITTER neemt goede nota van de laatste opmerking. Ook het college is van mening dat
snel en adequaat op eventuele klachten gereageerd moet worden. Voor wat betreft het blauw op
straat meldt zij dat alles volgens plan verlopen is. Voor de geformuleerde opdrachten verwijst zij
naar de notitie die de raadsleden binnenkort zal bereiken.
De heer PLATZBEECKER vraagt nog of het college al iets op papier gezet heeft over het
stadswachtrapport
De VOORZITTER zegt dat dat niet het geval is. Dat komt een volgende keer aan de orde.
De VOORZITTER sluit de vergadering met het voorgeschreven gebed.
11