de eerste plaats moeite met de procedure om deze zaak af te handelen via de ingekomen stukken.
Hij vraagt zich af wat nu wijsheid is. Het gaat volgens hem niet alleen om het aantal woningen,
maar om de totaliteit. Hij vraagt zich af of het nu wel of niet wijsheid is om te gaan praten.
Wethouder VAN YPEREN zegt dat het uitgewerkte plan Stadsregio Breda inderdaad praat over
700 woningen daar ter plaatse. De Raad heeft zich in het kader van de structuurschets Nieuw-
Ginneken duidelijk uitgesproken voor 400 woningen. Hij staat nog steeds achter zijn opdracht om
op grond van die 400 woningen te gaan praten. Naar zijn oordeel staat hij echter met de rug tegen
de muur. Zowel het college van Breda alsook de provincie houdt vast aan het uitgewerkte plan
Stadsregio Breda met 700 woningen. Meepraten kan alleen als die 700 woningen als uitgangspunt
worden geaccepteerd. Daarom is deze kwestie nu op deze manier aan de Raad voorgelegd. Hij is
ook van mening, dat de structuurschets Nieuw-Ginneken meer bevat dan alleen een aantal
woningen. Het gaat ook over structuren en over natuur. Hij stelt voor om vanwege de tijdsdruk
accoord te gaan met dit standpunt en eruit te halen wat erin zit.
De heer WILLEMSEN is het eens met de bezwaren tegen de procedure en stelt voor een en ander
in de commissie VROM aan de orde te stellen.
De heer POSTHUMA ondersteunt de suggestie voor behandeling in de commissie VROM.
De heer ZWIJNENBURG wil als argument toevoegen, dat moet worden uitgegaan van de
kwaliteit van het plan. Als dat als uitgangspunt wordt genomen, kunnen wellicht meer dan 400
woningen in het plan worden ingepast.
Wethouder VAN YPEREN zegt voor wat het aantal woningen betreft, met de rug tegen de muur
te staan. Op de overige punten is er volledig sprake van deelnemen aan de discussie. Inhoudelijk
is daarmee de zaak geschetst. Bespreking in de commissie VROM zal daar wat hem betreft niet
veel aan veranderen. Vandaar dat deze zaak op deze manier aan de Raad gepresenteerd wordt.
De heer GEERTS vraagt of op bestuurlijk niveau hierover overleg is gevoerd, ook met Nieuw-
Ginneken. Het overleg had volgens hem ook daar plaats kunnen vinden.
Wethouder VAN YPEREN zegt dat er nog geen samenspraak is geweest en dat er naar zijn
mening meer te regelen valt dan het aantal woningen.
De VOORZITTER vat nog eens samen: het gaat om het plan Stadsregio Breda dat uitgaat van 700
woningen en om het structuurplan Nieuw-Ginneken dat uitgaat van 400 woningen.
De heer GEERTS zegt dat deelname aan verder overleg voor hem bespreekbaar is. Wat hij
daarover wel wil zeggen is, dat de manier van omgaan met elkaar hem tegenvalt.
De heer VAN GILS vindt het verstandig om te blijven praten. Niet alleen het aantal is belangrijk,
maar ook de kwaliteit. Bij deelname aan de discussie is daar volgens hem tenminste nog invloed
op uit te oefenen.
De VOORZITTER stelt voor de zaak nu uit te discussiëren en niet in de commissievergadering.
Zij verzoekt de leden van de Raad daarom een standpunt te bepalen.
De heer VAN DER WESTERLAKEN is het ermee eens om nu een standpunt te bepalen. Hij is
vóór deelname aan de gesprekken.
De heer GEERTS is daartoe ook bereid.
