17
al die punten die u meldt op een gegeven moment stuk voor stuk aan de orde en de financiële con
sequenties vormen daar absoluut een onderdeel van.
Bedrijventerrein. Gemeentebelangen Bavel, CDA en de WD gaan daarop in. Dit onderwerp
bedrijventerrein blijft in zijn algemeenheid op de agenda staan van dit college. Voorlopig is het
bedrijventerrein Chaamsebaan aan de orde. Het college van G.S. heeft nu het Hoogeind aangewe
zen als bedrijventerrein regio Bavel en stemt niet in met uitbreiding daarvan in de kom van Bavel.
Het is zeker de moeite waard om de discussie alsnog aan te gaan met G.S., maar u kent ook de
verwervingsproblematiek. Die is daar beslist niet eenvoudig. Van de agenda zullen we het niet
laten verdwijnen.
Oudheidkunde en musea. Gemeentebelangen Bavel, Lijst 6 en Leefbaarheid geven aan dat de
woning of de boerderij van Sjoke Jansen van eminente waarde is voor de gemeenschap. De rol
van de gemeente met betrekking tot die boerderij is beperkt, hoe dan ook. Het is een rijksmonu
ment en we kunnen van de zijlijn dit dus in de gaten houden, exterieur en niet interieur. De
monumentencommissie vergadert spoedig hierover, aanstaande dinsdag gaan we aan de slag. Als
er zich bijzondere omstandigheden voordoen, bent u de eerste als raad die dat hoort. We kennen
intussen uw belangstelling.
Gemeentelijke monumenten. Op de lijst van gemeentelijke monumenten staan panden die naar de
mening van het college en de raad de aandacht verdienen binnen onze gemeente. Het voorkomen
op die lijst is niet beïnvloedbaar. Van de eigenaar is echter alle medewerking nodig om het
gemeentelijk monument gestalte te geven. Gelden zijn nauwelijks beschikbaar, slechts hulp van
Openbare Werken is mogelijk. Als men tegen het feit is dat men op die lijst staat, heeft dat geen
enkel gevolg. De gemeente kan dan weinig initiatief nemen om het betrokken pand, monument, te
behouden of te versterken. Dus dat betekent de vraag van Lijst 6, het al dan niet voorkomen op de
gemeentelijke monumentenlijst is in principe voor de eigenaar geen beperking. Ik denk dat ik
hiermee de meeste vragen die u gesteld heeft beantwoord heb. Mocht ik er een vergeten zijn, dan
twijfel ik er niet aan of u helpt me daaraan herinneren. Ik hoop dat de koffie niet koud geworden
is en ik geef het woord graag aan onze voorzitter.
De VOORZITTER schorst de vergadering voor een korte pauze.
De VOORZITTER heropent de vergadering voor de tweede termijn.
De heer TEUNISSEN stemt, zij het schoorvoetend, in met de verhoging van 6% voor de
onroerend-zaakbelasting. Met de verhoging van de leges voor paspoorten kan hij echter niet
instemmen. Hij is verbaasd over het feit dat het college al een bestemming heeft voor de
besparing van 30.000,- op klein chemisch afval. Hij vindt, gezien het antwoord van het
college, de ingediende motie overbodig.
De heer GEERTS zegt dat de essentie van het verhaal over de sociale vernieuwing het inzetten
van gelden voor de reservepolitie betrof. Dat gaat naar zijn oordeel langs de prioriteitstelling. Ten
aanzien van de sport was volgens hem afgesproken dat gesproken zou worden met partijen die
graag wilden. Niet afgesproken was om dat in een bepaalde volgorde te doen. Hij verbaast zich
erover dat het raadsvoorstel niet volgens die afspraak is. Hij zegt te hechten aan de discussie over
de WVG. Hij wil de harde toezegging dat die discussie er komt, zonder voorwaarden vooraf. Hij
is van mening dat voor de WVG een onafhankelijk deskundige moet komen, dus van een andere
organisatie. Hij is die mening toegedaan op grond van het argument, dat voorkomen moet worden
dat cliënten hun vragen kunnen baseren op twijfels aan de onafhankelijkheid. Hij is blij met de
toezegging dat het college voor onderwijs gaat inventariseren op onderhoud. Hij pleit voor een
goede voorlichting over de Bijzondere Bijstand. Die mag wat hem betreft verder gaan dan alleen
een krant. Bijzondere doelgroepen moeten volgens hem op een bijzondere manier benaderd
worden. Hij is van mening dat het jeugdhonk de afgelopen jaren wel degelijk heel duidelijk