NOTULEN VAN DE VERGADERING VAN DE RAAD D.D. 12 DECEMBER 1995
1. OPENING EN AANWIJZING VOORSTEMMER.
2. DE NOTULEN VAN DE RAADSVERGADERING VAN 10 NOVEMBER 1995 ZIJN
NIET GEREED VOOR DE VERGADERING VAN 12 DECEMBER 1995.
INGELASTE MEDEDELING:
Aanwezig: de leden van de raad:
mevrouw C.A.M. Kolen en de heren C. Adriaansen, C.G.M. Geerts, H.M.C.J.
van Gils, A.P.M. Goos, B.C. Martens, H.H.M. Platzbeecker, G. Posthuma,
C.A.J, van de Put, J.A. Rops, P.H.M. Teunissen, J.C. van der Westerlaken, P.
van Yperen en B. Zwijnenburg;
Afwezig met kennisgeving: de heer W.Ch. Willemsen;
Voorzitter: A.T.J. Bax-Broeckaert;
Secretaris: J.G. Coppens.
De VOORZITTER opent de vergadering met het voorgeschreven gebed en heet alle aanwezigen
hartelijk welkom. Bij loting wordt de heer Platzbeecker als voorstemmer aangewezen. Voorts
maakt zij melding van de afwezigheid van de heer Willemsen, die reeds enige tijd in het
ziekenhuis verblijft. Zij stelt de raad voor hem een spoedig herstel te wensen, vergezeld van een
kleine attentie. Met dit voorstel wordt ingestemd.
Deze mededeling wordt voor kennisgeving aangenomen.
Wethouder VAN YPEREN brengt de raad op de hoogte van de stand van zaken met betrekking
tot de bespreking met Hoela Beheer, een en ander naar aanleiding van een vandaag verschenen
krantenartikel. Hetgeen met de raad besproken is, is praktisch gerealiseerd. De ondertekening van
het contract kan elk moment plaatsvinden en de bedoeling blijft het bouwen van goedkope wonin
gen in het kader van de volkshuisvesting. De inhoud van het contract is aan de raad voorgelegd.
Op zeer korte termijn zal de raad een persbericht bereiken, waarin wordt weergegeven wat het
contract inhoudt en hoever we zijn.
De heer POSTHUMA vindt dat een dergelijk krantenartikel niet onbesproken kan blijven. Naar
zijn gevoel ademt het artikel de sfeer als zou de heer Van Hofwegen maar niet begrepen worden
door de mensen van de gemeente, terwijl hij toch zo zijn best doet. Met veel omhaal van woorden
zegt Van Hofwegen in feite dat hij in deze periode meer woningen gebouwd heeft dan oor
spronkelijk voorzien was. Dat is echter niet waar het om gaat. De vraag is of de heer Van
Hofwegen zich aan de overeenkomst zou moeten houden, dus woningen zou moeten verkopen aan
die mensen die daar volgens de richtlijnen van de gemeente voor in aanmerking zouden komen.
Het alternatief is dat de verkoop zou worden vrijgegeven. Al wat verder in het artikel staat is in
feite overbodig. Overigens is hij van mening dat de heer Van Hofwegen het belang van de
gemeente hierbij toch iets verkeerd inschat. Gezien uitspraken in het verleden, meent hij te mogen
concluderen dat de raad van opvatting is dat de woningen in de Kraaijenberg ten goede zouden
moeten komen aan de inwoners van Nieuw-Ginneken. Hij hecht eraan dit toch even in het
openbaar te verklaren.