Ten aanzien van de overige ter inzage liggende stukken wordt besloten zoals op de agenda is
voorgesteld.
4. VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN DE VERORDENING TOT IE WIJZI
GING VAN DE GEMEENTELIJKE ARBEIDSVOORWAARDENREGELING IN
VERBAND MET ONTSLAGBESCHERMING IN HET KADER VAN DE WET OP
DE ONDERNEMINGSRADEN fWOR).
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld.
5. VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN DE VERORDENING TOT 2E WIJZI
GING VAN DE GEMEENTELIJKE ARBEIDSVOORWAARDENREGELING IN
VERBAND MET HET OP 1 JANUARI 1996 IN WERKING TREDEN VAN DE
WAO-CONFORME ARBEIDSONGESCHIKTHEIDSREGELING VOOR HET
GEMEENTEPERSONEEL.
De heer GOOS vindt het verstandig dat voor die twee jaren een WAO-conforme regeling is
gemaakt. Zoals vermeld op bladzijde 3 dient de werkgever na 1 jaar ziekte te zoeken naar een
passende functie of naar gangbare arbeid. Hier ligt dus een taak voor de gemeente als werkgever.
Hoe wordt een en ander geregeld en wie gaat dat doen?
Wethouder ROPS moet het antwoord schuldig blijven, maar zal dit nagaan. Hij wijst er wel op dat
het slechts om één jaar gaat. Wethouder VAN YPEREN zegt ter aanvulling dat de controle op een
en ander zal worden uitgevoerd door de Arbo-dienst West-Brabant.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld.
6. VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN DE 23e BEGROTINGSWIJZIGING 1995
MET BETREKKING TOT AANPASSING VAN DE GEWONE DIENST 1995.
De heer ZWIJNENBURG leidt uit de op pagina 4, 3e alinea, bij milieubeheer genoemde totale
kosten voor saneringsonderzoek af dat de sanering daarbij inbegrepen is. Klopt dat? Overigens is
hij accoord met het voorstel.
De VOORZITTER merkt op dat dat inderdaad klopt, maar dat dat nog bijgewerkt moet worden.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld.
7. VOORSTEL MET BETREKKING TOT DE BEGROTING 1996 VAN HET STADS
GEWEST BREDA.
De heer ZWIJNENBURG is van mening dat het terecht is wat het college opmerkt ten aanzien
van de aan het stadsgewest voor te leggen vraag. Er wordt een pas op de plaats gevraagd. Bij
handhaving van deze begroting zal men toch ruim binnen de begroting moeten blijven.
De heer VAN GILS had gehoopt dat de notitie over de huisvestingssituatie hierbij betrokken zou
worden. Daarin zitten namelijk een paar zaken die nauw samenhangen met de begroting. In de
toelichting staat daar helemaal niets over, reden waarom hij zo vrij is het er toch even bij te
nemen. Het past uiteindelijk helemaal in de begroting.
3