NOTULEN VAN DE VERGADERING VAN DE RAAD D.D. 27 FEBRUARI 1996. Aanwezig: de leden van de raad: mevrouw C.A.M. Kolen en de heren C. Adriaansen, C.G.M. Geerts, H.M.C.J. van Gils, A.P.M. Goos, H.H.M. Platzbeecker, G. Posthuma, C.A.J. van de Put, J.A. Rops, P.H.M. Teunissen, J.C. van der Westerlaken, W.Ch. Willemsen, P. van Yperen en B. Zwijnenburg; Afwezig met kennisgeving: de heer B.C. Martens; Voorzitter: A.T.J. Bax-Broeckaert; Secretaris: B.M. van Oers. 1. OPENING EN AANWIJZING VOORSTEMMER. De VOORZITTER opent de vergadering met het voorgeschreven gebed en heet alle aanwezigen hartelijk welkom. Bij loting wordt de heer Platzbeecker als voorstemmer aangewezen. 2. NOTULEN VAN DE RAADSVERGADERING VAN 23 JANUARI 1996. De VOORZITTER stelt de notulen zowel inhoudelijk als tekstueel aan de orde. De heer GEERTS stelt het college en specifiek wethouder Rops een vraag naar aanleiding van bladzijde 17 van de notulen. Het betreft een opmerking van wethouder Rops waarbij deze zegt dat het stichtingsbestuur van Het Klooster bij recentelijk schrijven heeft laten weten hier om diverse redenen niet mee accoord te gaan. Hij vraagt of de wethouder op de hoogte is van het feit dat het stichtingsbestuur met betrekking tot deze opmerking nogal wat moeite heeft, daar men van mening is dat deze niet correspondeert met de door hen geventileerde opvatting. Wethouder ROPS heeft deze kwestie inmiddels met de Stichting besproken en erkent het inderdaad niet zo gezegd te hebben als in de brief was verwoord. De heer GEERTS constateert dat wat hier staat dus nadrukkelijk niet correspondeert met de door het stichtingsbestuur verwoorde visie. Zonder hoofdelijke stemming worden de notulen vastgesteld. 3. INGEKOMEN STUKKEN. De VOORZITTER stelt de stukken a. tot en met g. aan de orde. De heer ZWIJNENBURG: Mevrouw de voorzitter. Zowel de ingekomen stukken gaan over de herindeling. Over B heb ik verder geen opmerkingen. Bij C gaat het van de omliggende gemeenten. Hun reacties, dus ik kan daar maar moeilijk aan stellen. Maar ik wil er wel graag enkele opmerkingen over maken: De brief van Breda: Blz. 9, bij bestuurlijke ontwikkelingen worden de voorstellen van de commissie Konijnenbelt voor het voetlicht gehaald. In hoeverre dat in het kader van de bestuurlijke vernieuwing nog relevant is vraag ik mij af, maar dat is niet aan mij. Misschien is het alleen een poging om de sfeer te onder B als C om de reacties u vragen over

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1996 | | pagina 106