Het uitkeringspercentage van 6 0% gaat gelden voor een algemene invaliditeit van 55 tot 80%. Voor de laagste categorie, 25- 55%, geldt een uitkering van 40%. Tevens wordt het gewenst geacht dat een wethouder die arbeids ongeschikt wordt, al voor zijn vertrek duidelijkheid kan krijgen over aanspraken die hij in dit verband heeft op grond van de uitkerings- en pensioenverordening. Om deze reden is een bepaling opgenomen dat een wethouder in actieve dienst zich kan laten keuren. Staatsblad 1994, 417: De vertaling van de Wet terugdringing beroep op de arbeidson geschiktheidsregelingen (Wet TBA) leidt tot de volgende aan passingen. Het arbeidsongeschiktheidscriterium is sterk be perkt. Wie nog algemeen geaccepteerde arbeid kan verrichten is niet volledig arbeidsongeschikt (voorheen gold het criterium van "passende arbeid"). Vroegere opleiding en ervaring en arbeid zijn derhalve veel minder relevant. Men is verplicht mee te werken aan wenselijke opleiding of scholing. Indien men - zonder goede reden - niet meewerkt, wordt de mate van arbeidsongeschiktheid vastgesteld, alsof de opleiding of scholing wel is afgerond. Hoogte en duur van de verlengde uitkering worden aangepast Bij de loondervingsfase wordt de hoogte van de uitkering bere kend als een percentage van het dagloon, de lengte is afhan kelijk van de leeftijd. In de vervolgfase is de hoogte van de uitkering ook afhankelijk van de leeftijd. In beide fasen is de hoogte van de uitkering afhankelijk van de mate van ar beidsongeschiktheid. Voor degenen die op de dag voor de inwerkingtreding van deze aanpassingen recht hebben op een wegens algehele invaliditeit verlengde uitkering en ouder zijn dan 50 jaar en voor de cate gorie die jonger is dan 50 jaar, maar onder het overgangsrecht valt, wordt een stimuleringsmaatregel ingevoerd. Tevens is de mogelijkheid opgenomen het W.A.O.-gat te repare ren. De (gewezen) wethouder moet de wens hiertoe kenbaar maken. Dit kan op dezelfde wijze geïnventariseerd worden als bij de ambtenaren. In alle gevallen vindt aanvulling tot het minimumloon plaats indien de uitkering en eventuele nevenin komsten, minder bedragen dan dit minimumloon. Staatsblad 1994, 418: Op grond van de wet Financiële voorzieningen privatisering Algemeen burgerlijk pensioenfonds (wet FVP-ABP) wordt het pensioenregime voor (gewezen) wethouders dat is gebaseerd op dat van de overheid, gewijzigd. De franchise voor gehuwden en ongehuwden zal gelijk zijn. De bedragen waarvan het pensioen is afgeleid zullen niet meer aangepast worden aan de algemeen geldende verhogingen van de bezoldiging van de ambtenaren, wegens de invoering van het sectorenmodel dat per sector tot verschillende salarisaanpas singen kan leiden. De verhogingen worden daarom gekoppeld aan het gewogen gemiddelde van de wijziging die zich voordoet in 2

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1996 | | pagina 126