Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld.
13. VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN HET BESTEMMINGSPLAN "HOEK
HUIS".
De heer ADRIAANSEN heeft in de stukken niets meer teruggevonden over de goothoogte aan de
Deken Dr. Dirckxweg, tussen het oude Hoekhuis en de Schoolstraat, terwijl in de commissie
besloten is die terug te brengen van 6 naar 5 meter.
Wethouder VAN YPEREN zegt het boekwerk niet meer te hebben kunnen aanpassen. In de
definitieve plannen zal de in de commissie vastgestelde goothoogte worden meegenomen.
De heer ADRIAANSEN vraagt of dat in het besluit wordt vastgelegd. Of komt er een nieuwe
wijzigingsdatum?
Wethouder VAN YPEREN antwoordt dat een en ander in het besluit wordt vastgelegd. Ook de
datum zal op vandaag worden gezet.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld.
14. VOORSTEL NAAR AANLEIDING VAN EEN VERZOEK OM BESTEMMINGS
PLANWIJZIGING VOOR EEN PERCEEL AAN DE GALDERSEWEG TE GAL-
DER.
De heer WILLEMSEN is niet overtuigd van de schoonheid van de boerderij waarvan hier sprake
is. Hij acht het meer een gevoelsargument, waarover men van mening kan verschillen. Hij vindt
het belangrijk dat er sprake is van rechtsgelijkheid. Hij herinnert in dit verband aan het boerderij
tje dat twee jaar geleden wel afgebroken is. Hij denkt dat de kwaliteit van de wijk toe zal nemen
als daar iets nieuws gebouwd kan worden. Ook de eenheid wordt daardoor volgens hem vergroot.
Wethouder VAN YPEREN stelt dat de schoonheid van de boerderij geen criterium is geweest.
Het gaat om het stedebouwkundig concept. Er moet geen aaneengesloten bebouwing komen, maar
een voortzetting van wat er nu is. In die opvatting past de bestaande boerderij volgens hem prima.
Het gaat hier ook om het bestemmingsplan buitengebied en alle zorgvuldigheid die daarbij past.
De bestaande boerderij past naar zijn oordeel beter dan vier aaneengesloten woningen, ook als dat
tweekappers zijn.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld.
15. VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN EEN VOORBEREIDINGSBESLUIT
VOOR EEN PERCEEL AAN DE KLOOSTERSTRAAT TE BA VEL.
De heer ADRIAANSEN vindt het niet meer van deze tijd dat dergelijke bedrijfsgebouwen in een
woongebied staan. Anderzijds is hij geen voorstander van dit soort hofjesachtige ontwikkelingen,
vanwege een eventuele precedentwerking. De voordelen wegen voor hem zwaarder dan de nadelen
en daarom gaat hij akkoord met het voorstel. Hij wil de bouwvergunning pas afgeven wanneer de
opstallen werkelijk gesloopt zijn. Hij vraagt voorts of de bedrijfsvoering van het restaurant in de
toekomst niet in gevaar komt, vanwege de eisen die de bebouwing in de omgeving, zowel
bestaand als nieuw, stelt. Ook zet hij vraagtekens bij de parkeermogelijkheden in de toekomst.